| 19285 |
beslissen |
beslissen:
beslisse (Q203p Gulpen),
uitmaken:
get oetmake (Q203p Gulpen)
|
iets waarover verschil van gevoel is voorgoed tot een einde brengen [scheiden, beslissen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 23937 |
besloten tijd |
gesloten tijd:
gesjlaoëte tied (Q203p Gulpen)
|
De periode waarin er zonder speciale toestemming niet kerkelijk getrouwd kon worden, namelijk in de Advent en in de Vasten (gesloten tijd, besloten tijd). [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 30659 |
besnijkwast |
snijkwast:
šni.kwas (Q203p Gulpen)
|
Kwast die gebruikt wordt bij het besnijden, het strijken van verf langs de grens van een oppervlak dat niet, of niet met dezelfde verf, bedekt moet worden. In L 265 werden de besnijkwasten gebruikt om sponningen en stopverfkanten te lakken. [N 67, 45a]
II-9
|
| 21673 |
besteden |
gelden:
[= kopen?, RK]
géle (Q203p Gulpen),
verteren:
vertaire (Q203p Gulpen)
|
geld uitgeven voor een artikel [besteden, verteren] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 21532 |
besteken |
besteken:
besteke (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen),
cadeau (fr.) geven:
cado gève (Q203p Gulpen),
cadeau (fr.) krijgen:
cado krĕge (Q203p Gulpen),
cado kriege (Q203p Gulpen),
schenken:
sjínke (Q203p Gulpen)
|
kado geven [schenken, besteken] [N 89 (1982)] || Kado geven [schenken, besteken]. [N 89 (1982)]
III-3-1, III-3-2
|
| 22700 |
besteken: gelukwensen |
feliciteren:
felecitere (Q203p Gulpen),
proficiat wensen:
proficiat wunsje (Q203p Gulpen)
|
Het gelukwensen en een geschenk aanbieden op verjaardag/naamfeest [bestèke]. [N 96C (1989)]
III-3-2
|
| 23507 |
bestelde mis |
bestelde mis:
besjtelde mès (Q203p Gulpen),
n besjtelde mès (Q203p Gulpen)
|
Een bestelde H. Mis. [N 96B (1989)] || Een mis die gelezen wordt op verzoek van de gelovigen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 21861 |
bestellen |
bestellen:
bestelle (Q203p Gulpen),
bestellen (Q203p Gulpen)
|
opdracht geven om waren af te leveren of te bewaren [bestellen, commanderen] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 18922 |
bestemmen |
bestimmen (du.):
besjtimme (Q203p Gulpen),
betijen:
betijen (Q203p Gulpen)
|
iets of iemand aanwijzen voor een bepaald doel [betijen, bestemmen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 25105 |
bestendig weer |
klaar weer:
klaor waer (Q203p Gulpen),
vast (weer):
vas wèèr (Q203p Gulpen)
|
lucht die vast, bestendig weer betekent [hooilucht, vaste lucht] [N 81 (1980)]
III-4-4
|