25228 |
tocht, zuiging van lucht |
het trekt:
⁄t trekt (Q203p Gulpen),
trek:
trek (Q203p Gulpen)
|
tocht, vrij sterke zuiging van de lucht door een beperkte ruimte heen [scheut, trek, zicht, jacht, trok] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
24255 |
tochtig |
parig:
parig (Q203p Gulpen),
vurig:
vurig (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen)
|
tochtig, verlangend naar de paring, gezegd van vogels (parig) [N 83 (1981)]
III-4-1
|
21565 |
toegangsprijs |
entree (<fr.):
entree (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen,
Q203p Gulpen),
ontree (Q203p Gulpen)
|
de prijs die men moet betalen om ergens binnen te komen [entree, inkom, inkomgeld, inkomprijs] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
33592 |
toekruid, algemeen |
gekruid:
gekrude (Q203p Gulpen),
Veldeke / eventueel aangevuld met systeem Jones
gekrude (Q203p Gulpen)
|
De kruiden die bij de bereiding bij groente of vlees gevoegd worden om de smaak van het gerecht te verbeteren, in het algemeen (kruid, toekruid, specerij). [N 82 (1981)]
I-7
|
21438 |
toeslag |
schrijfgeld:
sjriefgeld (Q203p Gulpen),
toeslag:
toeslag (Q203p Gulpen)
|
het geld wat men voor kosten boven de koopprijs moet betalen op een veiling [onraad, ongeld, kavelgeld, herengeld, beugelgeld, toeslag] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
20141 |
toestel waarin men kinderen leert lopen |
loopkorf:
loopkurf (Q203p Gulpen)
|
toestel waarin men kinderen leert lopen [lei, stuik, looprek, loopwagen, loopkorf, loopmand] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
19261 |
toestemming |
permissie:
permisjie (Q203p Gulpen)
|
goedkeuring om iets te mogen doen [toestemming, konsent] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
21380 |
tol betalen |
tol betalen:
tol betāle (Q203p Gulpen)
|
tol betalen [SGV (1914)]
III-3-1
|
21215 |
tolboom |
barrier (<fr.):
barrier (Q203p Gulpen),
breer (Q203p Gulpen)
|
de boom waarmee de weg kan worden afgesloten op de plaats waar men tol moet betalen [barrier, brier] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21381 |
tolgaarder |
commies (<fr.):
commies (Q203p Gulpen)
|
de beambte die tol [bijv. bij een brug] in ontvangst moet nemen [brierman, commies, tolbaas, tolgaarder] [N 90 (1982)]
III-3-1
|