e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Guttecoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
luchtballon luchtballon: loegballōēn (Guttecoven) een ballon die kan opstijgen met een mand eronder om personen te vervoeren [ballon, luchtbal, luchtbol, luchtschip] [N 90 (1982)] III-3-1
luchtpijpen luchtspijpen: lòchspiepe (Guttecoven) luchtpijpen [loospiepe] [N 10 (1961)] III-1-1
luchtx lucht: loach (Guttecoven), Algemene opmerking: lijst niet omgespeld!  lòg (Guttecoven) lucht [DC 03 (1934)], [SGV (1914)] III-4-4
lucifer zwegeltje: schwègelke (Guttecoven), sjwêgelke (Guttecoven) Hoe noemt men het houtje, waarmee men vuur kan maken en dat in het Nederl. lucifer wordt genoemd? [DC 30 (1958)] || lucifer [SGV (1914)] III-2-1
lui lui: lui (Guttecoven), vuil: voel (Guttecoven) lui (traag) [SGV (1914)] III-1-4
lui (lieden) lui: lui (Guttecoven), luuj (Guttecoven) lui (lieden) [SGV (1914)] || lui/lieden; de - zijn vandaag allemaal buiten op het land aan het maaien [DC 03 (1934)] III-3-1
luid schreien krijsen: kriesje(n) (Guttecoven) krijten [SGV (1914)] III-1-4
luiden luiden: loewe (Guttecoven), loewe(n) (Guttecoven) luiden [SGV (1914)] || Luiden [luuje, lujje, loewe?]. [N 96A (1989)] III-3-3
luiden voor de mis luiden: loewe (Guttecoven, ... ) De klok luiden vóór de aanvang van de doordeweekse mis(sen). [N 96A (1989)] || Het luiden van de klokken op zondag een half uur en/of een kwartier vóór de aanvang van de vroegmis, de hoogmis, het lof of de vespers. [N 96A (1989)] III-3-3
luier windel: winjel (Guttecoven) luier [SGV (1914)] III-2-2