e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Haelen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pas uit het ei gekomen kipje kuikje: kykskǝ (Haelen), piepkuikje: pipkykskǝ (Haelen) [N 19, 40b] I-12
pasgeboren kalf kalfje: [kalfje] (Haelen) [N 3A, 15 en 20; N C, 6; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
paspoort pas: pas (Haelen, ... ) het bewijs van identiteit en toestemming om in het buitenland te mogen reizen [paspoort, pas] [N 90 (1982)] || het identiteitsbewijs door de regering aan een onderdaan verstrekt met het oog op een reis naar het buitenland [paspoort, pas] [N 90 (1982)] III-3-1
passen passen: passe (Haelen) nauwkeurig sluiten, goed staan, gezegd van kleding [passen] [N 86 (1981)] III-1-3
patates frites friet: friet(e) (Haelen) Patates frites (friet, petat?) [N 16 (1962)] III-2-3
patrijs patrijs: petries (Haelen), veldhoen: veljdhoon (Haelen) patrijs (30 overal in troepen op akkers; bruin hoefijzer op de buik; jachtvogel [N 09 (1961)] III-4-1
peetoom peter: paiter (Haelen, ... ), pèter (Haelen, ... ), peteroom: paiteraome (Haelen, ... ) peetoom (de oom naar wien iemand genoemd is) [DC 05 (1937)] || peter (de man, wiens naam het kind gewoonlijk ontvangt) [DC 05 (1937)] III-2-2
peettante geul: geul (Haelen), göel (Haelen), meer in gebruik (dan peettante) is: - of gölletant  göel (Haelen), geuletant: geuletant (Haelen, ... ), gölletant (Haelen), meer in gebruik (dan peettante) is: geul of -  gölletant (Haelen), petetant: paitetant (Haelen), pètetant (Haelen) meter (de vrouw, die het kind ten doop houdt en wier naam het kind gewoonlijk ontvangt) [DC 05 (1937)] || peettante (de tante naar wie iemand genoemd is) [DC 05 (1937)] III-2-2
penwortel van een den pijpwortel: pīpwǫrtǝl (Haelen) De penvormige wortel van een dennenboom. [N 27, 9b] I-8
peper peper: pèper (Haelen, ... ), pèpər (Haelen) peper [DC 03 (1934)] III-2-3