e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hasselt

Overzicht

Gevonden: 5340

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
achtste deel van een stuiver duit: ps. omgespeld volgens Frings.  nən døͅt (Hasselt) achtste deel van een stuiver, een ~ [een duit?] [N 21 (1963)] III-3-1
adamsappel adamsappel: adamsappel (Hasselt), adamzapəl (Hasselt), krop: kroͅp (Hasselt) adamsappel [N 10 (1961)] III-1-1
adem asem: aosəm (Hasselt), ich kos mənə-n-ôsəm nə mi.j krɛgə (Hasselt) adem [ZND 01 (1922)] || Ik kon niet ademen [ZND 19 (1936)] III-1-1
ademen asem krijgen: ich kos mənə-n-ôsəm nə mi.j krɛgə (Hasselt), asemen: aosemən (Hasselt), ich kos ni aoseme (Hasselt), ich kos ni ōsĕme (Hasselt), ich koͅs ni osəmə (Hasselt), ich kus ni o:səmə (Hasselt) ademen [ZND 01 (1922)] || Ik kon niet ademen [ZND 19 (1936)] III-1-1
ader ader: d ôrə-n-op sə ve:ri.t (Hasselt), de aoiers van ze veerhied (Hasselt), de ōre van ze veerhiet (Hasselt), də o:rə van zə ve:ri:t (Hasselt), n or eupe snēen (Hasselt), nen aoier eupesnēen (Hasselt), ōͅr (Hasselt), ən o:r øpəsnɛn (Hasselt), ən ūr ōpəsnēͅə (Hasselt), ən ôr ø.pəsnɛ.jə (Hasselt) ader [ZND m] || de aderen van zijn voorhoofd [ZND 19 (1936)] || een ader opensnijden [ZND 19 (1936)] III-1-1
afbijten van koninginnecellen uitbijten: uitbijten (Hasselt) Het verwijderen van overtollige koninginnecellen door het bijenvolk of de koningin zelf. [N 63, 65] II-6
afdak afdak: aa.fdaa.k (Hasselt), āf˂dāk (Hasselt, ... ), schop: sxup (Hasselt, ... ) afdak [ZND 01 (1922)], [ZND 06 (1924)], [ZND 12 (1926)] III-2-1
afdakje boven de poort kap: kap (Hasselt) Het kleine afdakje dat op een muur is geconstrueerd boven de poort. [N 4A, 43b] I-6
afdingen afbieden: ps. omgespeld volgens Frings.  āfbeͅjə (Hasselt), āvbiə (Hasselt), afdingen: ā.fdeŋə (Hasselt), pingelen: ps. omgespeld volgens Frings.  piŋələ (Hasselt) afdingen [ZND m] || beknibbelen, Op de prijs ~, de prijs omlaag trachten te drukken [afpeekele, afprengelen, afpenkelen, pingelen?] [N 21 (1963)] III-3-1
afgejaagd volk afgejaagd volk: āfgǝjāxt vǫlk (Hasselt) Het door jagen verkregen volk bijen dat met de koningin in de jaagkorf is terechtgekomen. Zie ook het lemma Jagen. [N 63, 90; N 63, 88c; monogr.] II-6