e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heerlerheide

Overzicht

Gevonden: 2155
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
borsttuig borsthaam: broshām (Heerlerheide) Trektuig bestaande uit een stel leren riemen, dat wel eens gebruikt wordt in plaats van een haam, als het paard aan de schouders gedrukt is (zie WLD I, afl. 9, p. 111). In een vrij groot aantal opgaven verwijst de benaming voor een deel van het borsttuig naar het geheel, bv. het woordtype borstriem. Het omgekeerde, waarbij de term voor het geheel gebruikt wordt ter aanduiding van een onderdeel ervan, komt minder vaak voor (zie lemma Borstriem). [JG 1b, 1c, 1d, 2c; N 13, 51] I-10
borstzak(je) tasje: teschjke (Heerlerheide) pochetzakje, borstzak [N 23 (1964)] III-1-3
bosje haar dat tussen de oren naar voren hangt bles: blęs (Heerlerheide), manetop: mānǝtǫp (Heerlerheide  [(gedeeltelijk naar voren gekamde manen)]  ), struif: štruf (Heerlerheide), wisje: wø̄skǝ (Heerlerheide) Bosje haar dat van tussen de oren over de kol of het voorhoofd tot over de ogen neerhangt. Zie ook het volgende lemma met bles in de betekenis van een lange, witte streep over de paardekop tot halverwege de neus. Zie afbeelding 2.2. [JG 1a, 1b; N 8, 26; S 27] I-9
bosje haren aan de bovenlip snuits: šnǫu̯ts (Heerlerheide) Voelharen aan de bovenlip. [N 8, 24] I-9
boter botter: botǝr (Heerlerheide) Het bovengedreven vet op de melk. Dit is het eindprodukt van het karnen. [N 12, 51, 52, 55, 58 en 61; JG 1a, 1b; L 1a-m; L 1u, 114; L 20, 26b; L 22, 8; L 27, 67 en 69; S 4 en 17; A 4, 26a en 26b; A 7, 19, 21, 22 en 23; A 9, 15b; A 16, 8a; A 28, 7; N 5A (I] I-11
boterham boterham: schj=ch van chocolade  botterham (Heerlerheide) Een boterham (stuk, botteram?) [N 16 (1962)] III-2-3
boterham (kinderwoord) bammetje: schj=ch van chocolade  bammeke (Heerlerheide) Kinderwoord voor boterham (bam, boo?) [N 16 (1962)] III-2-3
boterham met kaas kaasboterham: schj=ch van chocolade  kiesbotterham (Heerlerheide) Boterham met kaas (keesbam, keistaat, sjmouer?) [N 16 (1962)] III-2-3
boterham van wit en zwart brood half en half: schj=ch van chocolade  houf en houf (Heerlerheide) Boterham van wit en zwart brood (preekheer?) [N 16 (1962)] III-2-3
boterhamworst schinkenworst: schinkeworsj (Heerlerheide), sjinkewoesj (Heerlerheide), ontbijtworst  sjinkəwoesj (Heerlerheide) hamworst /schinken- [N 06 (1960)] III-2-3