e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kaulille

Overzicht

Gevonden: 3656
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
carnavalsoptocht carnavalstoet: karn`valstoet (Kaulille) de optocht met carnaval [cavalcade] [N 112 (2006)] III-3-2
castagnetten castagnetten: kast`njette (Kaulille) de twee bolletjes van hout of ivoor die men aan de vingers bindt en tegen elkaar slaat [klepperkens, klepper, castagnetten] [N 112 (2006)] III-3-2
castreren pitsen: petsǝ (Kaulille), snijden: sni ̞.i̯ǝ (Kaulille), snii̯ǝ (Kaulille), snii̯ǝn (Kaulille) Een mannelijk paard onvruchtbaar maken door de teelballen weg te snijden; men spreekt dan van een ruin. Vgl. het lemma ''ruin'' (2.1.3). [JG 1a, 1b; N 8, 60] || Het varken onvruchtbaar maken. Mannelijke varkens castreert men door ze de teelballen weg te nemen. [N 76, 44; JG 1a, 1b; monogr.] || In dit lemma worden twee manieren van castreren onderscheiden: A. onvruchtbaar maken door de teelballen weg te nemen, weg te snijden of te kwetsen, en B. onvruchtbaar maken door de teelballen af te binden of af te knijpen.. [N 3A, 19; JG 1a, 1b; A 3, 37; A 4, 12; L 4, 37; L 20, 12; Wi 16; monogr.] I-11, I-12, I-9
cement cement: sǝmɛnt (Kaulille), sǝmɛ̄nt (Kaulille) Een snel verstenend bindmiddel, doorgaans in poedervorm, dat ontstaat door vermenging van kalk- en leemhoudende stoffen die onder hoge temperatuur versinterd zijn. Het bezit de eigenschap door toevoeging van water zowel onder water als aan de lucht te verharden. [N 30, 35a; N 30, 35b; monogr.] II-9
cement-kalkmortel cementmortel: sǝmɛ̄ntmǫrtǝl (Kaulille), kalkmortel: kalǝkmǫrtǝl (Kaulille) Mortel bestaande uit cement, kalk en zand. [N 30, 37d] II-9
cementen strekel cementen streek: sǝmę.ntǝ [streek] (Kaulille) Houten lat van ongeveer 40 cm., waarop aan beide zijden een laagje cement (amaril) is aangebracht. Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf en afbeelding 9, nummer 4. Waar het woord(deel) streek of strekel identiek is aan de opgave voor "strekel" in dezelfde plaats, wordt door middel van de notatie (streek) of (strekel) voor de fonetische documentatie verwezen naar het lemma ''strekel''. [JG 1a, 1b; add. uit N 18, 80 en 82] I-3
cementmortel cementmortel: sǝmɛ̄nt[mortel] (Kaulille), mortel: mǫrtǝl (Kaulille) Mortel, bestaande uit cement en zand. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '-(mortel)', '-(spijs)', etc. het lemma 'Mortel'. [N 30, 37e; monogr.] II-9
cent cent: ps. omgespeld volgens Frings.  seͅnt (Kaulille) cent, een ~ [ook oudere woorden als sans?] [N 21 (1963)] III-3-1
circus cirque (fr.): sirr`k (Kaulille, ... ) [1.] Circus. || een tent waarin allerlei artiesten optreden zoals clowns, dresseurs met hun dieren, akrobaten etc. [circus, sirk, paardenspel, hittenspel] [N 112 (2006)] III-3-2
colbertjasje jas: jas (Kaulille), jasə (Kaulille), jasje: jeͅskə (Kaulille) colbertjasje, (korte) jas van een kostuum [N 23 (1964)] III-1-3