e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kelpen

Overzicht

Gevonden: 2042
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kroep kroep: kroep (Kelpen) Kroep: ontsteking van het strottehoofd en de luchtpijp die door afzettingen op het slijmvlies gevaar van verstikking met zich meebrengt (kroep, krop, pip). [N 84 (1981)] III-1-2
krom, met bochten krom: krómp (Kelpen) afwijkend van een rechte lijn met een of meer bochten [krom, kromp, slom] [N 91 (1982)] III-4-4
krommen, ombuigen buigen: bui.gə (Kelpen) Krommen: een kromme, gebogen vorm doen aannemen (krommen, buigen, draaien). [N 84 (1981)] III-1-2
kroonluchter luchter: løͅxtər (Kelpen) Een veelarmige lamp in de kerk, luchter, kroonluchter. [N 96A (1989)] III-3-3
kroppen, gezegd van voedsel kroppen: kròppə (Kelpen) Hoe noemt U: In de slokdarm blijven steken, gezegd van een hap voedsel (kroppen) [N 80 (1980)] III-2-3
kruiden, specerijen kruiden: WLD  kruujə (Kelpen) De kruiden die bij de bereiding bij groente of vlees gevoegd worden om de smaak van het gerecht te verbeteren, in het algemeen (kruid, toekruid, specerij). [N 82 (1981)] III-2-3
kruidenier kruidenier: kruidenier (Kelpen) een winkelier, kleine handelaar in koffie, thee, rijst, meel, zout, zeep, gedroogde vruchten, specerijen enz. [kruidenier, epicier, komenij] [N 89 (1982)] III-3-1
kruidwis kruidwis: kroedwès (Kelpen) kruidwis [N 06 (1960)] III-3-2
kruisbeeld crucifix (<lat.): kruussefiks (Kelpen), kruis: kruus (Kelpen), kruuts (Kelpen), kruisbeeld: kruusbeeldj (Kelpen), lieveheer: leveneer (Kelpen) Een beeld van Christus-aan-het-kruis [kruus, kruuts, kruu(t)sbeeld, kruusse-fiks?]. [N 96A (1989)] || Een kruisbeeld, het geheel van kruis en de eraan gehechte Christusfiguur. [N 96B (1989)] || Kruisbeeld [slivvenier, kruus, kruussefiks]. [N 06 (1960)] III-3-3
kruisje aan een kettinkje kruisje: kruuske (Kelpen) Een kruisje, aan een kettinkje om de hals gedragen. [N 96B (1989)] III-3-3