e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kermt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
losse zak onder de rok geldtas: geͅlteͅës (Kermt) tas, losse ~, zak of buidel die onder de rok wordt gedragen [N 24 (1964)] III-1-3
luchtx lucht: locht (Kermt, ... ), lōcht (Kermt, ... ) lucht [ZND 01 (1922)], [ZND 04 (1924)] III-4-4
lucifer kretsje: kretskə (Kermt, ... ), solferstekje: solferstekske (Kermt, ... ), stekje: stekskə (Kermt, ... ) lucifer [ZND 01 (1922)], [ZND 01 (1922)], [ZND 16 (1934)] III-2-1
lui lui: ook materiaal znd 30, 41(hij is ook zo lui)  leej (Kermt) lui, traag [ZND 01 (1922)] III-1-4
lui (lieden) lui: lie (Kermt), mensen: də minsə zèn vandaach aləmool bōwətə op ⁄t vejld ant mejə (Kermt), minsə (Kermt), minsən (Kermt) De mensen zijn vandaag alle buiten op het veld en maaien. Mensen of lieden of lui enz. [ZND 04 (1924)] || lui (lieden) [ZND 01 (1922)] || mensen [RND] || volk [RND] III-3-1
luid schreien grijnzen: ook materiaal znd 28, 53  grinsə (Kermt) luid schreien, krijten [ZND 01 (1922)] III-1-4
luiden luiden: lejə (Kermt) Luiden. [ZND 01 (1922)] III-3-3
luier kinderdoek: kengərdĭĕk (Kermt), luier: le͂jərs (Kermt), pisdoek: pesdo͂ͅk (Kermt), pisdūk (Kermt) luier (kinderdoek) [ZND 01u (1924)] || luier [winjel, luur, kindsdoek, pisdoek, huik] [N 25 (1964)] III-2-2
luifel? [idem?] kantje: keͅntšə (Kermt) luifel: fijngeplooide voorhoofdsluifeltje van de grote witte muts {afb} [plojje, kentje] [N 25 (1964)] III-1-3
luilak luilap: ook materiaal znd 30, 42 (luiaard)  leejlap (Kermt) luilak [ZND 01 (1922)] III-1-4