e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q111p plaats=Klimmen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nors bars: barsj (Klimmen) norsch (barsch) [SGV (1914)] III-3-1
notariskosten kwaad geld: kôôdgeld (Klimmen), schrijfgeld: Algemene opmerking: invuller noteert als spellingssyteem Veldeke, maar het is gewoon in het Nederlands genoteerd en heb het daarom letterlijk overgenomen (dus niets omgespeld!).  ’t sjriefgeld (Klimmen), ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).  ’t sjrīēfgéld (Klimmen) gelden die bestemd zijn voor de notaris i.v.m. een openbare verkoping van onroerende goederen [ongelden, den bamis, onraad, herengeld?] [N 21 (1963)] III-3-1
noten afslaan houwen: ± WLD  houwe (Klimmen), noten slaan: Veldeke  nuet sjlao (Klimmen), slaan: #NAME?  sjlaon (Klimmen) Noten afslaan (boeken, beuken slaan, rammelen, sloesteren). [N 82 (1981)] III-2-3
notenboom notenboom: noeëteboom (Klimmen) notenboom I-7
notendop schaal: + WLD  sjaal (Klimmen), Veldeke  de sjaal (Klimmen), Veldeke mv.  sjale (Klimmen) De harde huid van een noot (bast, bolster, sloester, schaal, hulster, boost, bluster, boets, schulp, schelp, snoester). [N 82 (1981)] I-7
notulen notulen: de notule (Klimmen), notule (Klimmen) het korte schriftelijke verslag van hetgeen behandeld is in een vergadering [notulen, nouten] [N 90 (1982)] III-3-1
noveen noveen (<lat.): noveen (Klimmen, ... ) Een negendaagse godsvruchtoefening, novene, noveen. [N 96B (1989)] III-3-3
nylonkous nylonhoos: neilon-haoze (Klimmen), nylon-haoze (Klimmen) nylonkousen [N 24 (1964)] III-1-3
ochtend (vanmorgen de tijdsduur van het aanbreken van de dag tot 12 uur s middags [morgend, morgen, voornoen, ochtend]: d⁄r mörge (Klimmen), sjmörreges (Klimmen), vuërdemiddig (Klimmen), vuërdenoon (Klimmen), vuërmiddig (Klimmen), ochtend: mörge (Klimmen), mörrige (Klimmen), veurmiddig (Klimmen), vurdenoen (Klimmen), vuërdemiddes (Klimmen) s morgens) [DC 65 (1990)], [N 91 (1982)], [SGV (1914)] III-4-4
octaaf octaaf (<fr.): `n octaaf (Klimmen), de oktaaf (Klimmen), un oktaaf (Klimmen) Een octaaf, periode van 8 dagen ter viering van een groot kerkelijk feest. [N 96D (1989)] III-3-3