e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kuttekoven

Overzicht

Gevonden: 310
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
liniaal regel: éne rĕegel (Kuttekoven) Een liniaal (om rechte lijnen te trekken). [ZND 30 (1939)] III-3-1
linnen, linnengoed lijwaad: lēvǝt (Kuttekoven) Weefsel uit vlas- of hennepgaren vervaardigd. Lijnwaad. [N 62, 77; N 59, 201; N 62, 75f; L 1a-m; L 30, 30a; L 30, 30b; L B1, 95; MW; Wi 18 en 55; S 22; monogr.] II-7
lip lip: lippe (Kuttekoven) rode lippen [ZND 30 (1939)] III-1-1
lis (alg.) lis: leisch (Kuttekoven) lis [ZND 29 (1938)] III-4-3
loop van een geweer loop: de leup van é geweir (Kuttekoven) De loop van een geweer [ZND 30 (1939)] III-3-1
loot, nieuw uitgelopen twijgje bot: bōt (Kuttekoven), scheut: scheut (Kuttekoven) loot [ZND 01 (1922)] III-4-3
lopen lopen: loupen (Kuttekoven) lopen [ZND 25 (1937)] III-1-2
lui lui: ook materiaal znd 30, 41(hij is ook zo lui)  leuj (Kuttekoven) lui, traag [ZND 01 (1922)] III-1-4
lui (lieden) mensen: reike mīensche (Kuttekoven) Rijke lieden [ZND 30 (1939)] III-3-1
luid schreien grijnzen: ook materiaal znd 28, 53  grinse (Kuttekoven), keken: ook materiaal znd 28, 53  keͅgke (Kuttekoven) luid schreien, krijten [ZND 01 (1922)] III-1-4