e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Lanaken

Overzicht

Gevonden: 2852
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gril gril: ook materiaal znd 29, 16  grillə (Lanaken), kuren: ook materiaal znd 29, 16  ky(3)̄rə (Lanaken), kuur: ook materiaal znd 29, 16  kuur (Lanaken) kuren (znw) [ZND 01 (1922)] III-1-4
grindweg kiezelweg: kiezelwĕg (Lanaken), kīzəlwēͅg (Lanaken) Hoe heet een weg die daarmee [steengruis (kleine stukjes steen)] bedekt is ? [ZND 24 (1937)] III-3-1
grindx asseraai: ps. omgespeld volgens Frings.  assəroͅj (Lanaken), kiezel: kiezel (Lanaken), kīzəl (Lanaken) grind [ZND 01 (1922)] III-4-4
groei (dat) gaat niks vooruit: gęi̯t neks vǝrut (Lanaken) Opgaven voor de uitdrukking "er zit geen groei in". [L 8, 7a; monogr.] I-4
groeien gaan: gaan (Lanaken), gedijen: gedijen (Lanaken), groeien: grø̄i̯ǝ (Lanaken), profiteren: geprofiteerd (Lanaken), gəprofitērt (Lanaken), proͅfəterə (Lanaken), wassen: wasǝ (Lanaken) De algemene benaming voor het groter worden van het gewas. Het oude Limburgse woord is wassen; zoals de kaart laat zien, komt de term groeien onder invloed van het Nederlands echter al in bijna heel Limburg voor. Aarden betekent eigenlijk "goed groeien, goede opbrengst laten verwachten", evenals (ge)dijen en tieren in het tweede deel van het lemma. De benaming struiken betekent "een struik vormen" in de uitdrukking "het koren is al goed gestruikt" (Q 111). De opgegeven antwoorden voor "dat gewas ''gedijt'' niet" staan achter in het lemma bijeen. [RND 124; L 32, 13; L 44, 45; monogr.; add. uit A 3, 16; L 4, 16; L A2, 374] || die kleine heeft geprofiteerd (struiser, groter geworden) [ZND 40 (1942)] I-4, III-1-1
groen (kleur) groen: greun (Lanaken, ... ), grøn (Lanaken), grø̄n (Lanaken, ... ) groen [ZND 01 (1922)], [ZND 35 (1941)] III-4-4
groenling taats: taatsch (Lanaken) groenling III-4-1
groente groente: verzamelfiche, ook mat. van ZND 01 (a-m)  grø̄ntə (Lanaken), groentes: verzamelfiche, ook mat. van ZND 01 (a-m)  grøntəs (Lanaken), legumen: verzamelfiche, ook mat. van ZND 01 (a-m)  legumme (Lanaken) groenten [ZND 24 (1937)] III-2-3
groentemarkt groentemarkt: gréúntəmèèrət (Lanaken) Hoe noemt u: de markt waar groenten verhandeld worden [N 71 (1975)] III-3-1
groentevrouw groentevrouw: grontəvrouw (Lanaken), grøntəvroŭw (Lanaken), lgumevrouw (<fr.): ləguməvroŭw (Lanaken), mooswijf: mōswiev (Lanaken) groentenvrouw [ZND 24 (1937)] III-3-1