e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L289b plaats=Leuken

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vuurvaste stenen vuurstenen: vø̄̄rstęjn (Leuken) Stenen die bestand zijn tegen vuur. Zij worden onder meer gebruikt bij de bouw van ovens. Het woorddeel chamotte- in de woordtypen chamottestenen en chamottebrikken verwijst naar het mengsel van fijngemalen scherven dat bij dit soort stenen aan de klei wordt toegevoegd. [N 30, 54b; N 98, 160 add.] II-8
vuurvaste tegels haardstenen: haartstęjn (Leuken) De vuurvaste tegels waaruit de ovenvloer bestaat. [N 29, 4b; monogr.] II-1
waaienx waaien: weije (Leuken) waaien [N 22 (1963)] III-4-4
waarde van 6 stuiver krentje: Opm. Duits geld vroeger hier in omloop.  krentje (Leuken) waarde van 6 stuiver [een schilling?] [N 21 (1963)] III-3-1
waarheid waarheid: waoret (Leuken) waarheid III-1-4
wachthouden bij een dode doodbidden: doeëtbaeje (Leuken) doodbidden III-2-2
waden baden: baaje (Leuken) waden: door het water baden [waoje, baoje, baaje] [N 10 (1961)] III-1-2
wafel wafel: waofel (Leuken), wafelkoek: Syst. WBD  waofelkook (Leuken), Verklw. wäöfelke Waofels woeërte gebakke met ¯n waofeliêzer  waofelkoôk (Leuken) wafel || Wafel [N 16 (1962)] III-2-3
waggelen schrankelen: schrankele (Leuken) lopen: onvast, wankelend lopen [stroemele, striemele, strampele] [N 10 (1961)] III-1-2
walm walm: wa.lm (Leuken) walm, rook III-2-1