e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Loksbergen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
luchttocht trek: tręk (Loksbergen) De luchtverplaatsing van de bakruimte in de oven naar de schoorsteen. [N 98, 145; monogr.] II-8
luchtx lucht: loecht (Loksbergen, ... ), luxt (Loksbergen, ... ) lucht [ZND 01 (1922)], [ZND 04 (1924)] III-4-4
lucifer stekje: stekske (Loksbergen, ... ), vuurstekje: vy(3)̄rstɛkskə (Loksbergen, ... ) lucifer [ZND 01 (1922)], [ZND 01 (1922)], [ZND 16 (1934)] III-2-1
lui geruste, een -: gərusdə (Loksbergen), niet scheutig: ne schuitəg (Loksbergen), op zijn zevenste gemakken: oep zén zijvəstə gəmàkə (Loksbergen) niet verlangend om te werken of een handeling te verrichten [lui, niet scheutig] [N 85 (1981)] III-1-4
lui (lieden) lui: lø͂ͅ (Loksbergen), mensen: mɛnsən (Loksbergen) lui (lieden) [ZND m] || mensen [RND] III-3-1
luid schreien blaken: bláákə (Loksbergen), huilen: həələ (Loksbergen), janken: jànkə (Loksbergen) zeer luid huilen [janken, schreiten, beuken] [N 85 (1981)] III-1-4
luiden luiden: løiə (Loksbergen), lø͂ͅə (Loksbergen) Luiden [luuje, lujje, loewe?]. [N 96A (1989)] || Luiden. [ZND m] III-3-3
luiden voor de mis luiden: lø͂ͅə (Loksbergen, ... ) De klok luiden vóór de aanvang van de doordeweekse mis(sen). [N 96A (1989)] || Het luiden van de klokken op zondag een half uur en/of een kwartier vóór de aanvang van de vroegmis, de hoogmis, het lof of de vespers. [N 96A (1989)] III-3-3
luiden voor een begrafenis pasen luiden: pūwəzə lø͂ͅə (Loksbergen) Het luiden bij de begrafenis [t loet tsóm jraaf?]. [N 96A (1989)] III-3-3
luier doek: dŏĕkkə (Loksbergen), kinderdoek: kĭĕngərdŏĕk (Loksbergen) luier (kinderdoek) [ZND 01u (1924)] || luiers; het kind wordt in de luiers gedaan [ZND 01u (1924)] III-2-2