22375 |
vlieger |
vlieger:
vlieger (P047p Loksbergen)
|
Het speelgoed bestaande uit een licht gestel, met papier bespannen, dat aan een lang touw in de lucht opgelaten wordt [vlieger, boog, draak, beugel, vliegaard, vliegerd]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
21192 |
vliegtuig |
vlieger:
vliegər (P047p Loksbergen)
|
het toestel waarmee men kan vliegen [vliegtuig, vliegmachine, vlieger] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
31214 |
vliegwiel |
vliegwiel:
vlīxwil (P047p Loksbergen)
|
Zwaar, metalen wiel dat door zijn draaiing een machine telkens door het dode punt moet brengen. [N 33, 280b]
II-11
|
24392 |
vlinder |
pepel:
pi.pəl (P047p Loksbergen),
piepel (P047p Loksbergen, ...
P047p Loksbergen,
P047p Loksbergen)
|
vlinder [GV Gr (1935)], [ZND 16 (1934)], [ZND 18G (1935)] || vlinder, pepel [RND]
III-4-2
|
24396 |
vlo (enk.) |
vlo:
vluə (P047p Loksbergen)
|
vlo [ZND m]
III-4-2
|
24964 |
vloed, hoogtij |
hoogwater:
hōēwəgwaittər (P047p Loksbergen)
|
vloed, wassen van het water van de zee en de toestand van hoog water [bovenwater, hoog tij] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
21784 |
vloek |
strang:
stràng (P047p Loksbergen),
vloek:
vlōēk (P047p Loksbergen, ...
P047p Loksbergen),
vlŏĕk (P047p Loksbergen)
|
een uitdrukking die een verwensing, vooral een godslastering behelst [vloek, kneerp] [N 85 (1981)] || een vloek [hiemmeltsakker] [N 96D (1989)] || Een vloek [hiemmeltsakker]. [N 96D (1989)]
III-3-1, III-3-3
|
21395 |
vloeken |
aftrekken:
inə aftrékə (P047p Loksbergen),
godveren:
gòdvərə (P047p Loksbergen),
sakkeren:
sàkərə (P047p Loksbergen),
strangen:
strángə (P047p Loksbergen),
tieren:
tīērə (P047p Loksbergen),
vloeken:
vlōēkə (P047p Loksbergen, ...
P047p Loksbergen),
vlŏĕkə (P047p Loksbergen)
|
godslasterende woorden uitspreken [vloeken, parlesanten, godverren, nonnen, sjamfoeteren, bidden, sakken] [N 85 (1981)] || vloeken [N 96D (1989)] || Vloeken. [N 96D (1989)]
III-3-1, III-3-3
|
23962 |
vloekje |
vloeken (ww.):
vlōēkə (P047p Loksbergen)
|
Een vloekje [vluukse]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
18217 |
vod |
lap:
làp (P047p Loksbergen),
vod:
vòd (P047p Loksbergen)
|
versleten stuk doek of stof (vod, bul, tod, slet) [N 86 (1981)]
III-1-3
|