e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K278p plaats=Lommel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
inzouten zouten: zatəṇ (Lommel) zouten III-2-3
iris kindje: kinneken in `t oog (Lommel) Iris: het gekleurde gedeelte van het oog waarin zich de pupil bevindt (iris, oogappel). [N 106 (2001)] III-1-1
italiaan italiaan: das ne Italjaon (Lommel), dei is nen Italjoan (Lommel), des nɛn Ietallio-wən (Lommel), d⁄es is ne italiaon (Lommel), t wordt niet gehoord  das nen I(t)eljaon (Lommel) Dat is een Italiaan. [ZND 36 (1941)] III-3-1
jachtschoen jachtschoen: N60,207b: hoge, half hoge of lage met afzonderlijke beenbeschermers.  jachtschoen (Lommel) Hoe noemt u in het algemeen een schoen die op jacht gedragen wordt? [N 60 (1973)] III-1-3
jacquetjak jacquet (<fr.): žakeͅt (Lommel, ... ) damestrui || jak in jacquetvorm [seketjek] [N 23 (1964)] III-1-3
jacquetpak jacquet (<fr.): jacquet (Lommel), žakeͅt (Lommel) jacquetkostuum, bestaande uit zwarte slipjas, vest en gestreepte broek [sjeket, seket] [N 23 (1964)] III-1-3
jagen jagen: jagen (Lommel) Kunstmatige manier bij de korfteelt om een zwerm van het moedervolk te scheiden. Wanneer een voorzwerm niet snel genoeg afkomt en wanneer de imker er belang bij heeft dat het volk spoedig gaat zwermen, dan neemt hij zijn toevlucht tot het jagen. Als het darrenbroed achter in de korf bruin is, kunnen de bijen gejaagd worden. De imker zet de moederkorf met de kop op de grond en plaatst er de jaagkorf bovenop, zodat de openingen van beide korven tegen elkaar sluiten. Op de plaats waar de openingen tegen elkaar komen, windt men er een bijdoek om. Met ijzeren krammen hecht men de korven stevig aan elkaar vast. Men gaat nu met beide handen of met soms een stok voor en achter tegen de moederkorf kloppen, onderaan bij de kop van de korf beginnend en geleidelijk aan hoger (Gelens 1963, pag. 22). Af en toe opent men het gesloten vlieggat en blaast er rook in. Als men uit het zoemen der bijen heeft opgemaakt dat zij in de jaagkorf zijn overgelopen, maakt men de korven weer los. De koningin gevolgd door de groep bijen die normaal zou zijn gaan zwermen, zit nu in de jaagkorf. In de moederkorf, waarin geen moer meer zit, moet weer een sterk volk opgroeien door eerst en vooral een nieuwe koningin of moer te vormen. [N 63, 87a; monogr.] II-6
jagersjas? loden pardessus (fr.): louədə pärəsyi (Lommel) loden pardessus III-1-3
jak bolero (<fr.): bollero (Lommel), jak: jak (Lommel, ... ), jakje: jekske (Lommel, ... ), lijfje: leͅfkə (Lommel) damesblouse, strak om het lichaam, hoog gesloten met boordje en met lange strakke mouwen [jak, seket] [N 25 (1964)] || damestrui || jak (kort vrouwenkledingstuk) [ZND 27 (1938)] || vrouwenjak, kort jasvormig getailleerd bovenkledingstuk [jak, baskien, bollero, zeelewermer, kasjevek] [N 23 (1964)] III-1-3
jaloers jaloers: zjàlôêrs (Lommel), ook materiaal znd 27, 44  zjaloersch (Lommel), zjaloes (Lommel), zjaloewers (Lommel), zjaloewersch (Lommel), pikantig: bəkàntəch (Lommel) afgunstig, jaloers || jaloers [ZND 01 (1922)] III-1-4