e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K278p plaats=Lommel

Overzicht

Gevonden: 5514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
de helft vragen krijg de helft ervan: krèk de hèlleft ter van (Lommel) Wat roepen de kinderen als ze de helft vragen van iets, bijvoorbeeld van iets dat ze tegelijkertijd hebben gevonden? [ZND 26 (1937)] III-3-2
de hoogkar doen achteroverslaan opkappen: opkapǝn (Lommel), opstoten: opstǫu̯ǝtǝ (Lommel) De hoogkar doen achteroverslaan, zodat de berries omhoog steken. Het paard dient daartoe te worden uitgespannen, aangezien de bak van de hoogkar niet kantelbaar is. [N 17, 89] I-13
de hort op op rak: op rak (Lommel), op rak zijn (Lommel), op schok: ze is weer op schok (Lommel), op toer: ze is weer op tor (Lommel) Welke uitdrukking gebruikt men in Uw dialect voor: veel weg wijn, dikwijls niet thuis wezen? (Een dergelijke uitdrukkinng wordtt vaak gebruikt van huisvrouwen en is wat afkeurend. Men bedoelt dan: ze hoorde voor het huishouden te zorgen, maar ze is te vaa [Lk 06 (1956)] III-3-1
de hort op? buurten (ww.): bŭŭrtə (Lommel) op merooi zijn: Kent u een woord: I. ---- (niet thuis zijn, de hort op zijn, vooral van vrouwen) II. andere uitdrukking [DC 43 (1968)] III-3-1
de huid doorsnijden tekenen: tęjǝʔǝnǝ (Lommel) De eerste snede in de huid maken als begin van het villen. [N 28, 40; monogr.] II-1
de huid oprollen bijeenrolllen: bejǝnrolǝ (Lommel) Na het afhuiden wordt de runderhuid opgerold of opgevouwen. Van tevoren vouwt men de huid van de poten en de kop naar binnen. Soms zout men de huid om bederf te voorkomen. [N 28, 55] II-1
de kaarten ronddelen langen: (Veroud. Kaartsp.: Wie moet er langen?  laŋən (Lommel) Langen: Aangeven, geven. III-3-2
de kaarten schudden dooreensteken: de koarten goe deureeënsteiken (Lommel), onderrutselen: de uitspraak van o in onder is tussen o en ou/oe  de kaarten goed onderrutselen (Lommel), ondersteken: de kaarten goed onderstèken (Lommel), de kouwerten onderstè-en (Lommel), ondereenstaiken (Lommel), de uitspraak van de o in ondersteken is tussen o en ou/oe  de koate goet ondersteke (Lommel) Hoe heet het dooreenmengen van speelkaarten? Vertaal: De kaarten goed ... [ZND 36 (1941)] III-3-2
de kaarten steken steken: steken (Lommel) de kaarten op een bepaalde manier schudden om vals te kunnen spelen [steken] [N 112 (2006)] III-3-2
de kar gereformeerd maken de kar geus zetten: dǝ kar gøs ˲zęʔǝ (Lommel), de kar in de hoogte stoten: dǝ kar en dǝn hø stǫu̯ǝtǝn (Lommel  [(dit waren deugnietenstreken waarbij de berries onder de kar geslagen werden)]  ) De berries van de stortkar averechts onder de bak doordraaien, zodat de kar onbruikbaar wordt [N 17, 87 + 93] I-13