e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q016p plaats=Lutterade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
laars (alg.) laars: laars (Lutterade), stevel: sjteevel (Lutterade) laars [bot, steevel, buus, kamasj] [N 24 (1964)] III-1-3
laarzenschacht schacht: sjach (Lutterade) schacht van een laars [sjach, sjteevelschach] [N 24 (1964)] III-1-3
laatste evangelie t letste evangjillióm?].: letste evangeelje (Lutterade) Het laatste evangelie, het beginmstuk van het evangelie volgens Johannes, dat gelezen werd na de zegen [t lèste evangillie [N 96B (1989)] III-3-3
laatste mis kort misje: kortmèske (Lutterade) De laatste, vaak korte mis op zondag, de laatste gelegenheid om de mis te horen [snapmèske, gawkletske?]. [N 96B (1989)] III-3-3
laatste oordeel laatste oordeel: letste oardeil (Lutterade) Het laatste oordeel. [N 96D (1989)] III-3-3
labiel geplaatste ondersteuning knipval: knepval (Lutterade  [(Maurits)]   [Emma, Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]) Een labiel geplaatste ondersteuning, een ondersteuning die dreigt het te begeven. [N 95A, 10; monogr.] II-5
lade in de kleermakerstafel tafella: tǭfǝllā (Lutterade) De lade in de kleermakerstafel, waarin men opbergt wat nog niet wordt behandeld. Volgens de informant van Q 198 was er geen lade in de tafel. [N 59, 1b] II-7
lage herenschoen, molière lage schoen: lêêg sjōōn (Lutterade) herenschoenen, lage ~ [N 24 (1964)] III-1-3
lage kaart(en) lage, een ~: leage (Lutterade) Een kaart of kaarten die niet meetellen in het spel [bleuze, blanks, blanche]. [N 88 (1982)] III-3-2
lage, natte plekken in moeras zomp: zomp (Lutterade) De lager gelegen delen in een moeras waarin steeds water staat. [N 27, 21b] I-8