e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q095p plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
drager van het baldakijn die loopt met de hemel: dee löp met den hiemel (Maastricht), hemeldrager: den hiemel-dreger (Maastricht), hiemeldraeger (Maastricht) Een drager van de troonhemel [himmelsdreëjer]. [N 96C (1989)] III-3-3
drager van het kerkvaandel drapeaudrager: drappoo dreeger (Maastricht), vaandeldrager: de veendel-drager (Maastricht), vaondel draeger (Maastricht), veendeldreger (Maastricht), veendəldraagər (Maastricht) De drager van het vaandel [vanedreëjer]. [N 96C (1989)] III-3-3
dragon dragon: dragoen (Maastricht, ... ), dragojn (Maastricht, ... ), dragon (Maastricht, ... ), tragojn (Maastricht), Endepols  dragoen (Maastricht, ... ), dragon (Maastricht, ... ), WBD/WLD  draagon (Maastricht, ... ), dragon (Maastricht, ... ), dráágon (Maastricht, ... ), WLD  dərááchòn (Maastricht, ... ) dragon, bekend toekruid, keizersalade || Dragon; een overblijvende plant met smalle gaafrandige bladeren en 3 mm grote bloemhoofdjes waarvan de jonge bladeren dienen als specerij in sla en bij het inmaken van augurken, zilveruitjes, etc. (drakewortel, kloppenkruid, stragoen). [N 82 (1981)] I-7, III-2-3
drank drank: draank (Maastricht, ... ), drank (Maastricht), dráá.nk (Maastricht), dráángk (Maastricht), dráánk (Maastricht, ... ), Verklw. drenkske Twie persone waore belas mèt ¯t sjinke van d¯n draank Spijs en draank  drank (Maastricht), drinken: drinke (Maastricht), drinkens: drinkes (Maastricht), drinkəs (Maastricht, ... ), zuipje: zuupke (Maastricht) alles wat men drinkt || drank || drank; Hoe noemt U: Dat wat gedronken wordt (drinken, soopje, zuip) [N 80 (1980)] III-2-3
draven draven: drāvǝ (Maastricht) In draf gaan, een actieve twee-tempogang, waarbij een diagonaal benenpaar gelijkmatig wordt opgeheven en weer neergezet, bijv. eerst linkervoorbeen en rechterachterbeen, daarna beide andere benen, met daartussen een zweefmoment. Zie afbeelding 9. [JG 1b; N 8, 81b en 81d] I-9
dreef allee (<fr.): Van Dale: allee (&lt;Fr.), laan, brede weg tussen twee of meer rijen bomen.  allei (Maastricht), boulevard (fr.): boelvaar (Maastricht), laan: laan (Maastricht), laon (Maastricht, ... ), lő:n (Maastricht), singel: singəl (Maastricht) dreef [ZND 01 (1922)] || een grote, brede weg (dijk, heerbaan, heerstraat) [N 90 (1982)] || een weg aan met beide zijden een of meer rijen bomen (dreef, dreeft, laan,laning, lei) [N 90 (1982)] III-3-1
drenzen grijnen: greine (Maastricht), grijne (Maastricht), grijnə (Maastricht), jammeren: jiemələ (Maastricht), jiemərə (Maastricht), janken: jenke (Maastricht, ... ), jènkə (Maastricht), jèèngkə (Maastricht), janketig: jenketig (Maastricht, ... ), jengelen: jengele (Maastricht, ... ), jengelle (Maastricht), jengələ (Maastricht, ... ), lamenteren: lammeteere (Maastricht), mieren: mierə (Maastricht), simmen: sĭmmə (Maastricht), zaniken: zanike (Maastricht), zauwelen: zawwələ (Maastricht), zeveren: zeivere (Maastricht), zokken (?): zokke (Maastricht) drenzen: de kinderen drenzen de hele dag [DC 16 (1948)] || op een zeurderige toon huilen [drenzen, jengelen, janken, drammen, simmen] [N 85 (1981)] || op zeurderige toon huilen [knooiachtig, dremmerig] [N 85 (1981)] III-1-4
dresseren dresseren: dręsērǝ (Maastricht) Het richten van panden en naden of het modelpersen. Men geeft hierdoor aan verschillende onderdelen v√≥√≥r het in elkaar zetten de vorm die deze voor een goede val of zit nodig hebben (Gerritse, pag. 53). [N 59, 81b; N 59, 81a] II-7
dressoir buffet: bufit (Maastricht), bøfeͅt (Maastricht), dressoir: dressoir (Maastricht), dreswaar (Maastricht, ... ), kast: kas (Maastricht) dressoir [N 56 (1973)] || Kast zonder opbouw, voor zilver- of glaswerk (dressoir, lage kast, zilverkast) [N 79 (1979)] III-2-1
drevel, deuvel govie: gōvi (Maastricht) Rondhouten pen die met lijm in zuiver passende gaten wordt bevestigd. Zie ook afb. 126. De timmerman gebruikt drevels onder meer bij hoekverbindingen en de wagenmaker om segmenten van velgen van karwielen met elkaar te verbinden. Zie voor dit laatste ook het lemma ɛverbindingspennenɛ in Wld I.13, pag. 18. Govie is volgens het Maastrichts woordenboek (pag. 123) de benaming voor een ø̄houten pen ter verbinding van twee plankenø̄.' [N 54, 38a; A 32, 9; monogr.] II-12