e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q095p plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
harmonie harmonie: her(re)menie (Maastricht), herrəmənie (Maastricht) Harmonica. [ZND 01 (1922)] || Harmonie: muziekgezelschap. III-3-2
harmonisch van bouw kort gesloten: kǫrt geslōtǝ (Maastricht) Gezegd van een goed gebouwd paard, met korte, gesloten en gevulde flanken. [N 8, 64a] I-9
hars gom: goͅm (Maastricht), hars: hars (Maastricht, ... ), eigen spellingsysteem  harsj (Maastricht), Endepols  hars (Maastricht, ... ), WBD/WLD  hars (Maastricht, ... ), hārs (Maastricht), hàrs (Maastricht), WLD  hars (Maastricht, ... ), hàrs (Maastricht), kollefonter: kollefónter (Maastricht), terpentijn: terrepentijn (Maastricht), terrəpətīēn (Maastricht) hars [ZND 01 (1922)] || Het kleverige plantensap vooral van naaldbomen, dat in de lucht hard wordt (hars, terpentijn, denne-olie, vogeltjeszeep). [N 82 (1981)] III-4-3
hart hart: hart (Maastricht, ... ) Dat woord kwam uit zijn hart. [ZND 04 (1924)] || hart [RND], [ZND 01 (1922)], [ZND m] || Holle spier in de borst die door pulserende bewegingen de bloedsomloop gaande houdt. [N 28, 88a] I-11, III-1-1
hartelijk <omschr.> uit een vol gemoed: oet n vol gemoot (Maastricht), eerlijk: ierlik (Maastricht), gemeend: gəmeint (Maastricht), goed: good (Maastricht), hartelijk: hartelik (Maastricht, ... ), hartəlik (Maastricht, ... ), hàrtələk (Maastricht), royaal (<fr.): rejaol (Maastricht), van harte: vaan harte (Maastricht), vriendelijk: fruntelik (Maastricht), vreunteluk (Maastricht), vruntelik (Maastricht), vruntəlik (Maastricht) welgemeend, uit het hart komend [gul, hartelijk, vriendelijk] [N 87 (1981)] III-3-1
harten in het kaartspel harten: harte (Maastricht), hartənaos (Maastricht), hārte (Maastricht), de n staat tussen haakjes  harten (Maastricht), Speul -; iech had mer ein -; de vrouw van -; ich höb twiehartes. Z. schoppen I.  harte (Maastricht) Harten: bladfiguur op kaar; de kaart zelf. || Harten: harten aas (in het kaartspel). [ZND 19A (1936)] || Harten: Harten is troef (kaartspel). [ZND 42 (1943)] || Harten: Harten is troef. [ZND 08 (1925)] || Hoe noemt u van het kaartspel de verschillende symbolen? (Het gaat om de gewone namen, niet om woorden voor "troef"enz.). - II. Harten. [DC 52 (1977)] III-3-2
hartenjagen (kaartspel) hartenjagen: hartəjōͅgə (Maastricht) Namen [en beschrijving] van diverse kaartspelen zoals: [bonken, eenentwintigen, hoogjassen, kajoeteren, klaverjassen, kwetten, kruisjassen, liegen, pandoeren, petoeten, schuppemiejen, smousjassen, tikken, toepen, wijveren, zwartebetten, zwartepieten, zwik [N 88 (1982)] III-3-2
hartig gezouten: gəzaajtə (Maastricht), hartelijk: hartelijk (Maastricht), hartelik (Maastricht, ... ), hertelik (Maastricht), hàr.təlik (Maastricht), hàrtələk (Maastricht), hartig: hartig (Maastricht, ... ), hārtig (Maastricht) een zoutachtige, pittige smaak hebbend (hartig, hartelijk) [N 91 (1982)] III-2-3
hartinfarct beroerte: beroerte (Maastricht), hartaanval: hartaonval (Maastricht), hartinfarct: hartinfarct (Maastricht), hartverlamming: hartverlamming (Maastricht, ... ) Hartinfarct: bloeding in de hartspier met verstopping van de kransslagader (vang, kramp, infarct, hartverlamming). [N 84 (1981)] III-1-2
haspel haspel: haspǝl (Maastricht) Een drie- of vierarmig, ronddraaiend toestel op het spinnewiel waarmee onder andere de gesponnen wol tot strengen werd verwerkt. Zie afb. 53. [N 34, D] II-7