e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gebrekkig spreken stamelen: sjtamelen (Maastricht), staamələ (Maastricht), stamele (Maastricht, ... ), stāāmələ (Maastricht), stáámələ (Maastricht, ... ), stotteren: stottere (Maastricht, ... ), stottərə (Maastricht, ... ) gebrekkig spreken [hakkelen, tottelen, stamelen, touwen, tatewalen, totteren, stotteren] [N 87 (1981)] III-3-1
gebroeders; niet gebruiken gebroers: gebreurs (Maastricht) gebroeders [ZND m] III-2-2
gebruik gebruik: gebruuk (Maastricht), gəbry(3)̄k (Maastricht), gəbry:k (Maastricht), Aw Mestreechse gebruke.  gebruuk (Maastricht), gewente: geweente (Maastricht, ... ), gewēnte (Maastricht), usage (fr.): y(3)̄zōͅs (Maastricht) Dat is maar een gewoonte. [ZND 35 (1941)] || Een wijze van doen die in meer of minder ruime kring in zwang is [gebruik, gewoonte, gewente, zwang, geplogenheid]. [N 88 (1982)] || Gebruik. [ZND 01 (1922)] || Gebruik: a) gewoonte. || Gewoonte. III-3-2
gebruiken met driekoningen de boon krijgen: Sub boon.  de boen kriege (Maastricht), koningskoek: met boon erin  keuningskook (Maastricht) De boon van de "keuningskook"met Driekoningen en dan "keuning"worden. || De naam voor de gebruiken met Driekoningen [6 januari]. [N 88 (1982)] III-3-2
geburen buren: buren (Maastricht), buure (Maastricht), buurə (Maastricht, ... ), buurlui: buurlui (Maastricht), buurt: buurt (Maastricht), naburen: naobers (Maastricht, ... ), naoberse (Maastricht), naobərs (Maastricht, ... ), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: deze lijst heb ik letterlijk, zoals invuller het genoteerd heeft overgenomen!  naobərs (Maastricht), nabuurschap: naobərsjap (Maastricht), nabuurse: vgl. Maastricht Wb. (pag. 274): nabuur, naober, [mv.] -s, buurman; naoberse, buurvrouw.  naobərsə (Maastricht) alle buren samen [geburen, gebuur] [N 90 (1982)] || iemand die naast ons woont [naober, buur, buurman] [N 90 (1982)] III-3-1
gedachte gedachte: gedachte (Maastricht) gedachte III-1-4
gedachtenis gedachtenis: gedachtenis (Maastricht), gedagtenis (Maastricht), gədachtənis (Maastricht) gedachtenis || terugdenkend aan overleden personen op bepaalde data [gedenken, geheugen] [N 85 (1981)] III-1-4
gedenken; gedachtenis gedenken: gedeenken (Maastricht), gedingkə (Maastricht), gedinke (Maastricht, ... ), gədeengkə (Maastricht), gədēēnkə (Maastricht), gədinkə (Maastricht), gədīnkə (Maastricht), herdenken: herdinke (Maastricht, ... ), rappeleren: rappelere (Maastricht), rappəleerə (Maastricht) gedenken, blijvend herinneren || het vermogen om zich dingen te herinneren [geheugen, memorie] [N 85 (1981)] || terugdenkend aan overleden personen op bepaalde data [gedenken, geheugen] [N 85 (1981)] III-1-4
gedienstig gedienstig: gedeenstig (Maastricht, ... ) dienstig. van dienst of nut zijnde || gedienstig, dienstwillig, voorkomend III-1-4
gedoopt worden gedoopt worden: geduip weurde (Maastricht), geduip weure (Maastricht), gedööp weure (Maastricht) Gedoopt worden. [N 96D (1989)] III-3-3