25496 |
onderbeschuit |
onderkant:
ōndǝrkant (Q095p Maastricht)
|
Er was gevraagd naar de "onderkant van de beschuit". Het kan echter zijn dat een enkel woordtype duidt op "beschuit die van het onderste gedeelte van de beschuitbol wordt gebakken". [N 29, 65b]
II-1
|
18584 |
onderbroek |
onderbroek:
ónderbrook (Q095p Maastricht)
|
onderbroek
III-1-3
|
24637 |
ondereinde van de stam |
kont:
koont (Q095p Maastricht),
eigen spellingsysteem
kont (Q095p Maastricht),
Endepols
kŏnt (Q095p Maastricht),
poet:
poet (Q095p Maastricht),
voet:
vōōt (Q095p Maastricht),
Endepols
de voot (Q095p Maastricht),
voot (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht),
WBD/WLD
voot (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
WLD
voot v.d. boum (Q095p Maastricht),
vōōt (Q095p Maastricht),
WLD korte klank
voot (Q095p Maastricht),
vot:
vot (Q095p Maastricht)
|
Het dikke uiteinde van de stam, onderaan (voet, kont, gat, kop). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
25781 |
ondergisting |
beierse gisting:
beierse gisting (Q095p Maastricht),
ondergisting:
ondergisting (Q095p Maastricht)
|
De gisting die optreedt bij temperaturen tussen 5 en 10 graden Celsius. [monogr.]
II-2
|
18401 |
ondergoed |
lijnwaad:
`t lievend (Q095p Maastricht),
ondergoed:
ondergood (Q095p Maastricht),
oondergood (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
óndergood (Q095p Maastricht),
onderkleren:
oonderkleijer (Q095p Maastricht)
|
ondergoed, onderkleren [t onderdinge] [N 25 (1964)] || ondergoed: lijflinnen || Onderkleding. Wat is in uw dialect het gewone woord voor onderkleding? [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
33947 |
onderhaam |
onderhaam:
ondǝrhǭm (Q095p Maastricht)
|
Twee met elkaar verbonden kussens die het paard onder het haam draagt, als dat te groot is. [N 13, 11; monogr.]
I-10
|
21579 |
onderhandelen |
in beraad hebben:
Algemene opmerking: deze vragenlijst/dit antwoord zo letterlijk mogelijk overgenomen (dus niet omgespeld!).
in beraot höbbe (Q095p Maastricht),
marchanderen (<fr.):
Van Dale: marchanderen (<Fr.), dingen; loven en bieden, pingelen.
marsjənde:rə (Q095p Maastricht),
marsjəndeerə (Q095p Maastricht),
màrsjaondeerə (Q095p Maastricht),
onderhandelen:
oonderhandele (Q095p Maastricht)
|
Inventarisatie uitdrukkingen voor: in onderhandeling zijn over een bepaalde koop [in beding zijn met iemand?] [N 21 (1963)] || loven en bieden, de waren aanprijzen [koopman] en er een prijs voor bieden (koper) [handelen] [N 89 (1982)] || marchanderen [ZND 01 (1922)]
III-3-1
|
18257 |
onderhemd |
hemd:
humme (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
humə (Q095p Maastricht),
hūmme, hēūme (Q095p Maastricht),
hømə (Q095p Maastricht),
høͅmə - høͅməs (Q095p Maastricht)
|
hemd (enkelvoud - meervoud) [ZND 01 (1922)], [ZND m] || hemd, hemden [ZND 01u (1924)] || hemd: bekend onderkledingstuk || onderhemd, onderkledingstuk dat op het blote lijf gedragen wordt [im, emmek, hem, himp, kemsel, liejms, sjmies, vlok] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
18313 |
onderjurk |
onderkleed:
underkleid (Q095p Maastricht),
onderrok:
oonderrok (Q095p Maastricht, ...
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht,
Q095p Maastricht),
underrok (Q095p Maastricht)
|
onderjurk, onderkleed met lijfje en schouderbanden [N 24 (1964)]
III-1-3
|
25498 |
onderkant van een peperkoek |
onderkant:
ōndǝrkant (Q095p Maastricht),
vloer:
vloer (Q095p Maastricht)
|
[N 29, 94b]
II-1
|