19529 |
afwasteil, afwasbak |
afwasbak:
afwasbak (L265p Meijel, ...
L265p Meijel),
teil:
teil (L265p Meijel)
|
afwasbak [N 07 (1961)] || bak waarin men afwast [N 20 (zj)]
III-2-1
|
19655 |
afwaswater |
afwaswater:
afwaswatər (L265p Meijel)
|
Hoe noemt u in uw dialect het water waarin men de vaat doet/gedaan heeft? [N105 (2000)]
III-2-1
|
22177 |
afwisselen bij het broeden |
wisselen:
wesələ (L265p Meijel)
|
Hoe heet verder: afwisselen bij het broeden? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
26206 |
afzeilen |
aftrekken:
aftrękǝ (L265p Meijel)
|
De zeilen afnemen. [N O, 7b; A 42A, 74]
II-3
|
21682 |
afzetten |
afzetten:
afzette (L265p Meijel),
stropen:
stroepe (L265p Meijel)
|
meer laten betalen dan een artikel waard is; te duur doen betalen [strepen, aankomen, strafelen, straffen, stropen, stroefen, scholpen, nijpen, afdrogen, overschatten] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
23648 |
agnus dei |
agnus dei:
agnus dei (L265p Meijel, ...
L265p Meijel)
|
Het (vaste) misgezang dat na het Onze Vader wordt gezongen, het Agnus Dei. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
24648 |
akelei |
akelei:
WLD alg. benaming
Akelei (L265p Meijel),
klokjes:
eigen spellinsysteem
klokkes (L265p Meijel),
moeras-akelei:
eigen spellinsysteem
moeras-akelei (L265p Meijel)
|
Akelei (aquilegia vulgaris 30 tot 80 cm hoog. De stengels groeien rechtop en zijn bovenaan vertakt; de bladeren zijn meestal 3-tallig met brede, diep gekartelde blaadjes; de bloemen zijn groot en hangend, de kroonbladeren zijn trechtervormig, met aan de [N 92 (1982)]
III-4-3
|
33645 |
akker |
perceel:
pǝrsiǝl (L265p Meijel),
veld:
vɛlt (L265p Meijel)
|
Met het begrip ɛakkerɛ wordt in dit lemma bedoeld een bepaald begrensd stuk akkerland of bouwland. Veel respondenten uit Belgisch Limburg beschouwen perceel als een notariswoord. De woordtypen tarweland, haverland, bietenland, korenveld en koren duiden op een stuk land waarop een bepaald gewas wordt verbouwd.' [N 27, 2a; N 11, 1b; A 11, 4; A 3, 40; JG 1a, 1b, 1d; L 37, 11b; L 19b, 1a; Vld.; monogr.]
I-8
|
24617 |
akkerboterbloem |
boterbloem:
eigen spellinsysteem uit de stengel komt melk is zeer bitter voor melkwinning slecht gedroogd (hooi) gif is dan verdwenen
booterbloem (L265p Meijel)
|
Akkerboterbloem (ranunculus arvensis 20 tot 60 cm hoog. De bladeren zijn meestal 3-delig, de bovenste 3-tallig met gesteelde, smalle blaadjes; bloemen met ronde steeltjes, lichtgeel van kleur; de kelkbladeren zijn niet teruggeslagen; de vruchten zijn me [N 92 (1982)]
III-4-3
|
24866 |
akkerdistel, distel |
distel:
-
distel (L265p Meijel),
eigen spellinsysteem distel (veld) lastig onkruid (wortelstok) (zaad)
distel (L265p Meijel)
|
Akkerdistel (cirsium arvense 50 tot 150 cm groot. De plant is tweehuizig; de stengel zonder - of met smalle, stekelige vleugels; de bladeren zijn lancetvormig, meestal ingesneden, stekelig getand, vaak iets aflopend, de bloemen staan in kleine hoofdjes, [N 92 (1982)] || distel (Carduus) [DC 69 (1994)]
III-4-3
|