e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meijel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
weerborstel borstel: bōrstǝl (Meijel, ... ), weerborstel: wèrboorstel (Meijel) Harde, dikke en stijve stekelharen met een draaiing erin voor op de rug van het varken. [N 76, 13; N 28, 31] || valse kruin, zomaar ergens in het hoofdhaar [wersboorsel, wirborstel] [N 10 (1961)] I-12, III-1-1
weerlichten weerlichten: wèrlīchte (Meijel), wérleechte (Meijel), wérleechtə (Meijel), ⁄t wèrleecht (Meijel), ⁄t wérlicht (Meijel) bliksemen aan de horizon zodat alleen de weerschijn zichtbaar is zonder dat de donder gehoord wordt [weerlichten, heilichten] [N 81 (1980)] || bliksemen in de verte zonder dat het dondert [weerlichte] [N 06 (1960)] || bliksemen, weerlichten III-4-4
weerlichtx weerlicht: werleecht (Meijel, ... ), wèrleecht (Meijel), wèrlicht (Meijel), wérleegt (Meijel), wəerlicht (Meijel) bliksem, elektrische vonk die bij onweer van de ene wolk naar de andere of naar de aarde overspringt [bledderum, vuurlicht, weerlicht] [N 81 (1980)] || bliksemen aan de horizon zodat alleen de weerschijn zichtbaar is zonder dat de donder gehoord wordt [weerlichten, heilichten] [N 81 (1980)] || bliksemen in de verte zonder dat het dondert [weerlichte] [N 06 (1960)] || weerlicht waarvan men de eigenlijke straal niet ziet, oplichtend aan de horizon [zeebrand] [N 22 (1963)] III-4-4
weersgesteldheid weer: wēr (Meijel) weer [DC 03 (1934)] III-4-4
weerstand biedend sterk in de muil: stɛrǝk en dǝ mūl (Meijel), stijfmuil: stifmūl (Meijel) Hard in de bek, minder gevoelig voor de toom. Het paard verzet zich tegen het trekken, vooral bij het begin van een nieuw of lang niet gedaan werk, of als het hard moet trekken. [N 8, 64e] I-9
weesgegroet ave maria: ave maria (Meijel), weesgegroet: wēsgəgrut (Meijel) Het gebed "Weesgegroet Maria", "Ave Maria", groetenis [jejruust zais(t) de Maria]. [N 96B (1989)] III-3-3
weesgegroetkralen weesgegroetjes: wēsgəgrutjəs (Meijel) De Weesgegroet-kralen (53 stuks). [N 96B (1989)] III-3-3
weg weg: wɛx (Meijel) weg [RND] III-3-1
weg langs de hoofdvaart dijk: dik (Meijel), paardsweg: pęrswęx (Meijel) [II, 97a; N 69, 26a] II-4
wegbereiders van de processie bijlenmannetjes: bielemenkes (Meijel) De groep (militairen, leden van de schutterij) die in de processie vooruit loopt en de eventuele hindernissen opruimt die de processie op haar weg vindt [bielemaander, bielemennekes]. [N 96C (1989)] III-3-3