17896 |
drukken |
duwen:
duuje (L383p Melick)
|
Drukken: iets aan een wegende of stuwende kracht onderwerpen (drukken, prangelen, priegelen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
19230 |
drukte maken |
aanstellen:
aanstjêlle (L383p Melick)
|
drukte maken, veel moeite doen meestal op luidruchtige wijze [omstand maken, spatsen maken, statie maken] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19274 |
drukte, gedoe |
drukte:
drûkte (L383p Melick)
|
een overvloed van bezigheden, drukte [slemeur, trubbel, navegatie, begankenis, omstand, wiet] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
25133 |
druppel |
druppel:
drûppel (L383p Melick)
|
een afgescheiden, min of meer bolvormig vochtdeeltje [drup, druppel, droppel, drop] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
21171 |
duiker |
duiker:
duuker (L383p Melick)
|
de waterdoorgang onder een weg (duiker, heul, geul, schoor) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
25279 |
duim, maat van 2,5 cm |
duim:
doem (L383p Melick)
|
de maat die een lengte van 2 1/2 cm aangeeft [duim] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
23225 |
duivel |
duivel:
duvel (L383p Melick)
|
De duivel [duvel, duuvel, deivel]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24141 |
duivin, vrouwelijke duif |
zij:
zie (L383p Melick)
|
een vrouwelijke duif (duivinne, wijfje) [N 83 (1981)]
III-4-1
|
20721 |
dun sneetje brood |
flitsje:
Syst. WBD voor vlees
fletske (L383p Melick),
schijfje:
Syst. WBD voor vlees
sjiefke (L383p Melick)
|
Welke woorden kent Uw dialect voor: een dun schijfje of sneetje brood of vlees? (vlitske, fliesterke, fluusterke?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
21418 |
duur |
prijzig:
priezig (L383p Melick)
|
veel kostend, hoog van prijs [duur, dier, duurkopig, duurzaam, durabel, prijzig] [N 89 (1982)]
III-3-1
|