e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meterik

Overzicht

Gevonden: 1646
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huilen, schreien schreeuwen: schrauwe (Meterik) schreien [SGV (1914)] III-1-4
huis van de schop huist: hust (Meterik) IJzeren koker of ring waarin de steel van de schop sluit. [I, 29d] II-4
huis, woning huis: hoeus (Meterik) huis [SGV (1914)] III-2-1
huishouden huishouden: hoeshalde (Meterik) huishouden [SGV (1914)] III-2-1
huismus, mus korendief: koredīēf (Meterik), korenpikker: korepikker (Meterik), mus: musch (Meterik, ... ) mus || musch [SGV (1914)] III-4-1
huisvlieg, vlieg vlieg: vle:x (Meterik), vleeg (Meterik, ... ) huisvlieg [SGV (1914)] || vlieg [SGV (1914)] || vlieg, huisvlieg [DC 18 (1950)] III-4-2
huiveren schuiveren: schuvere (Meterik) huiveren [SGV (1914)] III-1-2
hurken (zich) hukken: høke (Meterik) hurken [SGV (1914)] III-1-2
huurhuis huurhuis: heurhoeus (Meterik) huurhuis [SGV (1914)] III-2-1
huurpenning huurpenning: heurpenning (Meterik) huurpenning [SGV (1914)] III-3-1