e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q196p plaats=Mheer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pluimenborstel, plumeau plumeau: plumeau (Mheer) Stoffer bestaande uit een steel waarvan het ene einde bezet is met veren (pluimenborstel, plumeau, poezenbezem) [N 79 (1979)] III-2-1
plukken plukken: plökke (Mheer), plùkke (Mheer) plukken [SGV (1914)] III-1-2
plukken, van fruit plukken: plökke (Mheer), plùkke (Mheer), schokkelen: schudden aan bomen  sjoegele (Mheer) plukken [SGV (1914)] I-7
plunderen plunderen: plundere (Mheer) als buit meenemen [pluimen, plunderen] [N 90 (1982)] III-3-1
poeder, pulver poeder: poejer (Mheer) tot fijn gruis of zeer fijne koreltjes gemaakte vaste stof [peder, pulver, poeder, stof] [N 91 (1982)] III-4-4
poel bats: batš (Mheer), poel: pōl (Mheer), pōǝl (Mheer) Klein ondiep, stilstaand water, veelal als troebel of smerig gedacht. Een poel heeft dan ook meestal een meer ongunstige betekenis dan een vijver. [N 27, 24; S 28; A 20, 1; A 2, 48; monogr.] I-8
poel, plas poel: peul (Mheer, ... ) poelen (mv.) [SGV (1914)] III-4-4
poetsen, schoonmaken poetsen: bv. gang  poetse (Mheer), schoonmaken: bv. ketel  sjoenmake (Mheer) Reinigen, poetsen, (poetsen, kuisen, schoonmaken) [N 79 (1979)] III-2-1
poetsmiddel koperpoets: kopperpoets (Mheer), zilverpoets: zeelverpoets (Mheer) Zacht schuurmiddel voor b.v. zilver of koper (kuis, poets, potlood) [N 79 (1979)] III-2-1
pofbroek pofbroek: poefbrook (Mheer) plusfour, een soort pofbroek [N 23 (1964)] III-1-3