e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Montfort

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
knellen, gezegd van schoenen drukken: drukkə (Montfort), duwen: duje (Montfort), knellen: knellen (Montfort), knellə (Montfort), pitsen: pitsə (Montfort) drukken en daardoor pijn veroorzaken, gezegd van schoenen die te klein zijn [knellen, klemmen, drukken] [N 86 (1981)] III-1-3
kneu heivink: heivink (Montfort) kneu III-4-1
kneuzen blutsen: blutsen (Montfort) blutsen [SGV (1914)] III-2-3
knibbelen knipperen: knipperen (Montfort) Het spel waarbij de spelers staafjes (26 of 28) die verward op een hoopje liggen, met een haakje of een staafje telkens een staafje moeten ophalen zonder de andere te bewegen [knibbelen, knipperen]. [N 88 (1982)] III-3-2
knie knie: kni. (Montfort), knie (Montfort) knie [RND], [SGV (1914)] III-1-1
knieband voor een stier of kalf knieband: knibanj (Montfort) IJzeren, soms houten beugel of ring aangebracht ter hoogte van de knie, meestal met een touw om de horens. Deze knieband wordt bevestigd om de koeien los te kunnen laten lopen en tevens ze in bedwang te kunnen houden. [N 3A, 14c; monogr.] I-11
knielbankje kniebankje: kniebenkske (Montfort) Het knielbankje van de kerkbank. [N 96A (1989)] III-3-3
knielen knielen: kniele (Montfort), op de knien gaan zitten: oppe kneen gaon zitte (Montfort) Knielen, een kniebuiging maken [kniele, kneele, kneije?]. [N 96B (1989)] III-3-3
knielkussen kussen: kösse (Montfort), küsse (Montfort) Het knielkussen op de kerkbank. [N 96A (1989)] III-3-3
kniezen kniezen: kniesjə (Montfort), kniezen (Montfort, ... ), treuren: treurə (Montfort) een knagend verdriet hebben en zichzelf daarvoor als ongelukkig beklagen [treuren, kniezen] [N 85 (1981)] || kniezen [SGV (1914)] III-1-4