e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L368p plaats=Neeroeteren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jongen met wie men verloofd is aanstaande: aanstaande  aanstoanzje (Neeroeteren) verloofde III-2-2
jongensblouse windbloes: wəntjblus, -zə, kə (Neeroeteren) jongensblouse, ruime bovenkledingstuk met band of elastiek in de taille [N 23 (1964)] III-1-3
jongste kind kleinste: kleinste (Neeroeteren), kleinste kindje: kleinste kiendje (Neeroeteren), klenste kinjdje (Neeroeteren), pannenschrapsel: figuurlijk, volkse benaming  pannesjrapsel (Neeroeteren), scharketeltje: sjarkiêtelke (Neeroeteren), scharlingetje: cf. CV s.v. "scharling"= Schar, het laatste overblijvende van de pot  charlingske (Neeroeteren), scharpotje: cf. WLD III, .4.2. p. 29 uit het lemma kleinste dier uit het nest  ’t charpètje (Neeroeteren) bijnaam voor de laatste uit een rij kinderen || jongste kind; hoe heet het jongste kind van het gezin? [ZND 36 (1941)] || laatstgeborene III-2-2
jongste vogeltje uit het nest kakjong: kakjung (Neeroeteren) jonge vogel die nog niet kan vliegen [ZND 36 (1941)] III-4-1
jood jood: eine joed, twieë joeden (Neeroeteren, ... ), oe lang uitspreken  eine joed, twie joeden (Neeroeteren, ... ) Een jood, twee joden, [ZND 27 1938)] || Een jood, twee joden. [ZND 27 1938)] III-3-1, III-3-3
judas judas: eine judas (Neeroeteren), judas (Neeroeteren), als in ja  eine joedas (Neeroeteren) Een Judas (uitspraak van j als in ja? of zj als in Frans Jean?). [ZND 27 (1938)] || Judas. [ZND 01 (1922)] III-3-3
juffrouw juffrouw: jifvrouw (Neeroeteren), juffrouw (Neeroeteren, ... ) juffrouw [ZND 01 (1922)], [ZND 27 (1938)] III-3-1
jukbeen wang: wang ? (Neeroeteren) Jukbeen: het wangbeen onder het oog (koon, jukbeen, wangbeen). [N 106 (2001)] III-1-1
jurk kleed: ans kleid is voel langer es det van mieke (Neeroeteren), e blaw kleid (Neeroeteren), ein blauw kleid (Neeroeteren, ... ), ein blauw kleit (Neeroeteren), katoene kleid (Neeroeteren), katoene kleit (Neeroeteren), ketoene kleid (Neeroeteren, ... ), ketoene kleit (Neeroeteren), ketoene klijt (Neeroeteren), klijt (Neeroeteren) blauw kleed [ZND 32 (1939)] || Een katoenen kleed. [ZND 41 (1943)] || jurk, japon, kleed van een vrouw [pon] [N 24 (1964)] || Kleed. Annas kleed is veel langer als dat van Mieke [ZND 44 (1946)] III-1-3
jus, vleesnat jus: jie (Neeroeteren), joe (Neeroeteren), jus (Neeroeteren), zjuu (Neeroeteren), saus: saws (Neeroeteren) Saus of jus (sop?) [N 16 (1962)] || vleesnat, jus [ZND 36 (1941)] III-2-3