23583 |
meerstemmige mis |
meerstemmige mis:
mierstemmige mis (L216p Oirlo)
|
Een meerstemmige mis, muziekmis. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
21273 |
meester |
meester:
meester (L216p Oirlo),
mɛstər (L216p Oirlo)
|
(school)meester [RND] || meester [SGV (1914)]
III-3-1
|
22496 |
meetje steken |
munt steken:
munt staeke (L216p Oirlo)
|
Het spel waarbij men centen werpt in een bepaald vak [meetje steken, mitjezzen, flikken]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
21882 |
meevaller |
meevaller:
mitvaller (L216p Oirlo)
|
een voordeel dat bij toeval verkregen wordt [trek, roef, roefel, brentje, hasard, bijval] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
22458 |
mei |
berk:
berk (L216p Oirlo),
mei:
de mei (L216p Oirlo)
|
De tak, struik of vlag die geplaatst wordt op huizen in aanbouw. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
22452 |
meiboom |
mei:
męj (L216p Oirlo),
meiboom:
meiboͅəm (L216p Oirlo),
męjbuǝm (L216p Oirlo)
|
De omstreeks 1 mei op het dorpsplein opgerichte boom die, met linten en kransen versierd, het middelpunt van allerlei volksvermaken vormde [meiboom]. [N 88 (1982)] || Versierde tak, kleine boom of vlag die op de nok van een onderdak gebracht huis wordt geplaatst. [N 88, 183; monogr.]
II-9, III-3-2
|
33337 |
meid, dienstmeid |
dienstbode:
dinstbǭi̯ (L216p Oirlo),
maagd:
mat (L216p Oirlo),
māt (L216p Oirlo)
|
Meid is een noordelijke vorm, een samentrekking uit maged, maagd. Kok en keukense slaan op de keukenmeid. Dienstbode is een expansie uit de (Noord-)Nederlandse standaardtaal. [L 1, a-m; L 1u, 156; L 38, 10; RND 118; R 12, 30; S 6 en 23; Wi 6; monogr.]
I-6
|
24331 |
meikever |
meikegel:
meikêgel (L216p Oirlo),
meikever:
mei-kaever (L216p Oirlo),
mulder:
mulder (L216p Oirlo)
|
Hoe noemt u de meikever: een soort kever, 24-30mm lang; met dekschild, de poten en sprieten zijn bruinrood, de kop en het borststuk zwart met op de onderzijde een dichte witte beharing; de buiksegmenten zijn zwart met aan elke zijde een opvallende, helwit [N 83 (1981)] || meikever [SGV (1914)]
III-4-2
|
21699 |
meineed |
meineed:
mijneed (L216p Oirlo),
valse eed:
valsen ieëd (L216p Oirlo)
|
een valse eed, meineed [N 96D (1989)]
III-3-1
|
20309 |
meisje |
ding:
ding (L216p Oirlo),
maagdje:
megje (L216p Oirlo, ...
L216p Oirlo,
L216p Oirlo),
meid:
mejd (L216p Oirlo),
tussen 20-30 jaar
meid (L216p Oirlo),
meidje:
mádje (L216p Oirlo)
|
(meisje;) Zijn er verschillende namen voor kinderen van verschillende leeftijden? [DC 05 (1937)] || meisje [SGV (1914)] || meisje dat nog in peuter/kleuter-leeftijd is || meisje; (Zijn er verschillende namen voor kinderen van verschillende leeftijden?) [DC 05 (1937)]
III-2-2
|