e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Oirlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
meisje met wie een jongen verkering heeft maagdje: megje (Oirlo), mien megje (Oirlo), meid: mejd (Oirlo), meisje: cf. VD s.v. "meiske, meisken  meske (Oirlo) het meisje met wie men verkering heeft [parmeteit, meid, fem, frul, caprice] [N 87 (1981)] || Hoe noemt men het meisje met wie men verkeering heeft? (Hoe noemt men haar, wanneer men met haar verloofd is?) [DC 05 (1937)] || meisje waarmee men verkering had (vroegere benaming) III-2-2
meisje met wie men verloofd is aanstaande: ánstónde (Oirlo), meid: mien meid (Oirlo), vrijster: vreejster (Oirlo) aanstaande, verloofde, vriend(in) || Hoe noemt men haar, wanneer men met haar verloofd is? (Hoe noemt men het meisje met wie men verkeering heeft?) [DC 05 (1937)] || verloofde [vrouwelijk] [fem, frul, caprice] [N 87 (1981)] III-2-2
meisjeshemd? hemd: hemd (Oirlo) Onderhemd voor meisjes. Hoe noemt men in uw dialect het hemd dat onder de bovenkleding wordt gedragen, direct op het lichaam: van meisjes? [DC 62 (1987)] III-1-3
meisjesmuts met afhangende strook kaper: WNT: kaper (II), bet. 2) Hoofddeksel voor vrouwen...  kaaper (Oirlo) meisjesmuts die nauw om het hoofd sluit en met een strook afhangt tot op de schouders [kaaper, kappelin, kapmöts] [N 25 (1964)] III-1-3
meisjesonderbroek? maagdjesonderboks: megjesonderboks (Oirlo) Onderbroek voor meisjes. [DC 62 (1987)] III-1-3
meisjesondergoed maagdjesondergoed: megjesondergoed (Oirlo) Ondergoed voor meisjes. [DC 62 (1987)] III-1-3
meisjespantalon met kanten pijpen kanten boks: kantebôks (Oirlo) meisjespantalon (vero) met kanten pijpen die tot onder de knieën reiken [N 25 (1964)] III-1-3
melde schietmelde: schietmeld (Oirlo) melde, witte ganzenvoet III-4-3
melganzenvoet hanenpoot: hanepoeët (Oirlo) Melganzevoet (chenopodium album 30 tot 100 cm hoge plant. De stengels staan rechtop en zijn vertakt; de bladeren zijn zeer verschillend van vorm, tevens onregelmatig getand, de bovenste gaafrandig, aan de buitenkant dofgroen, de onderkant wit-melig best [N 92 (1982)] III-4-3
melig droog: druëg (Oirlo) Te rijp en daardoor droog en korrelig, gezegd van een vrucht (meelachtig, melen, versleten, melig). [N 82 (1981)] III-2-3