19187 |
hovaardig |
groots:
gruujts (L290p Panningen)
|
grootsch [SGV (1914)]
III-1-4
|
18049 |
huidschilfers |
huidschilfers:
hōētsjilfers (L290p Panningen),
schellen:
sjille (L290p Panningen),
schubben:
sjöbbe (L290p Panningen)
|
schilfers op de huid [blusters] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
34618 |
huif van de huifkar |
huif:
hūf (L290p Panningen)
|
Kap van de huifkar. Deze kap wordt over hoepels getrokken, die vooraf op een hooikar gezet worden. [N 17, 10b; S 15; Wi 17; L 27, 32; L 1a-m; monogr]
I-13
|
18647 |
huifkar |
huifkar:
hufkɛr (L290p Panningen)
|
Benaming voor een hoogkar waarop men een huif gezet heeft, zodat de kar voor personenvervoer gebruikt kon worden (bijv. bij kerk- en marktbezoek). Soms werd de huifkar ook voor vrachtvervoer, bijv. van meel, gebruikt. Zie ook het lemma molenkar in wld II.3. De huif was een linnen doek die over houten hoepels gespannen werd. Deze hoepels werden op hun beurt tegen de zijkanten van de kar bevestigd. Bovendien hing men aan de kar een trede, die het instappen vergemakkelijkte. [N 17, 10a + 15; N G, 51; JG 1a; S 15; L 27, 33; L 1a-m; R 3, 61; monogr.]
I-13
|
18876 |
huilen |
beuken:
bööke (L290p Panningen),
huilen:
hule (L290p Panningen),
zumpen:
zumpe (L290p Panningen)
|
huilen: kinderen bij pijn/verdriet; volwassenen [DC 17 (1949)]
III-1-4
|
19068 |
huilen, schreien |
huilen:
hūle (L290p Panningen)
|
schreien [SGV (1914)]
III-1-4
|
19693 |
huis, woning |
huis:
hōēs (L290p Panningen)
|
huis [SGV (1914)]
III-2-1
|
19673 |
huishouden |
huishouden:
hoeshoaë (L290p Panningen)
|
huishouden [SGV (1914)]
III-2-1
|
24172 |
huismus, mus |
huiskets:
hoeskets (L290p Panningen),
hōē.skéts (L290p Panningen),
kets: onomatop.
hōēskets (L290p Panningen),
huiskwakel:
hōē.skwaa.kel (L290p Panningen),
mus:
mö:s (L290p Panningen),
möösch (L290p Panningen)
|
Hoe heet de huismusch? [DC 06 (1938)] || huismus || huismus (14,5 overal bij de mensen door ieder gekend; wijfje geheel bruin [N 09 (1961)] || musch [SGV (1914)]
III-4-1
|
24389 |
huisvlieg, vlieg |
vlieg:
vleeg (L290p Panningen),
vlīg (L290p Panningen, ...
L290p Panningen)
|
huisvlieg [SGV (1914)] || vlieg [SGV (1914)] || vlieg, huisvlieg [DC 18 (1950)]
III-4-2
|