e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Panningen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
weekruimte moutkamer: mǭ.tkā.mǝr (Panningen) De ruimte waarin zich de weekbakken bevinden. [N 35, 2] II-2
weelde weeld: wèldj (Panningen) weelde [SGV (1914)] III-3-1
weer naar het jaargetijde kranenzomer: enne kraanezoomer (Panningen) weer in bepaalde jaargetijden (bijv. [kranenzomer] (zachte nazomer), [bamisweer] (herfstweer) e.d. inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 22 (1963)] III-4-4
weerborstel borstel: bōrstǝl (Panningen), weerborstel: wéérboorstel (Panningen), wéérborstel (Panningen) Harde, dikke en stijve stekelharen met een draaiing erin voor op de rug van het varken. [N 76, 13; N 28, 31] || valse kruin, zomaar ergens in het hoofdhaar [wersboorsel, wirborstel] [N 10 (1961)] I-12, III-1-1
weerlichten weerlichten: et waerleech (Panningen), wéérleechte (Panningen), wéérlichte (Panningen) bliksemen in de verte zonder dat het dondert [weerlichte] [N 06 (1960)] III-4-4
weerlichtx weerlicht: wéérlīcht (Panningen), wêrlīcht (Panningen), wêrlīg (Panningen) bliksem [SGV (1914)] || weerlicht waarvan men de eigenlijke straal niet ziet, oplichtend aan de horizon [zeebrand] [N 22 (1963)] III-4-4
weersgesteldheid weer: wier (Panningen), wèr (Panningen), wêr (Panningen, ... ) weer [DC 03 (1934)], [SGV (1914)] III-4-4
weerstand biedend wreed in de muil: vrīǝt en dǝ mul (Panningen) Hard in de bek, minder gevoelig voor de toom. Het paard verzet zich tegen het trekken, vooral bij het begin van een nieuw of lang niet gedaan werk, of als het hard moet trekken. [N 8, 64e] I-9
weerwolf weerwolf: wêrwolf (Panningen) weerwolf [SGV (1914)] III-3-3
weg over het erf miste: miste (Panningen) Een weg over het boerenerf, langs of tussen de gebouwen door. Deze weg ontbreekt bij gesloten boerderijen. [N 5A, 75b; N 5, 111] I-8