e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Reuver

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hoofd (spotnamen) bums: buns (Reuver), duiles: B.v. waat haet dae eine gekke duiles!.  duiles (Reuver), knikker: knikker (Reuver) [N 10 (1961)] III-1-1
hoofdaltaar hoofdaltaar: hoofaltaor (Reuver), houfaltaor (Reuver) Het voornaamste altaar, midden in het priesterkoor [hoogaltaar, hoofdaltaar, hoopaltooër?]. [N 96A (1989)] III-3-3
hoofddoek kopdoekje: kopdeukske (Reuver), neusdoek: neusdook (Reuver) hoofddoek [SGV (1914)] || hoofddoek dichtgeknoopt onder de kin [plak, pleksek, kopdeuksek, zielewermer] [N 23 (1964)] III-1-3
hoofdkaas hoofdvlees: huitvleisch (Reuver) zult (hoofdkaas) [SGV (1914)] III-2-3
hoofdkap van vrouwelijke religieuzen kap: kap (Reuver) hoofdkap van vrouwelijke religieuzen [N 25 (1964)] III-3-3
hoofdkussen hoofdkussen: hø&#x0304tkøsə (Reuver) hoofdkussen [SGV (1914)] III-2-1
hoofdluis kopluis: koplōēs (Reuver), luis: lōēs (Reuver), luūs (Reuver) hoofdluis [N 26 (1964)] || luis (znw enk) [N 26 (1964)] || luis (znw mv) [N 26 (1964)] III-4-2
hoofdpijn koppijn: koppien (Reuver) hoofdpijn [DC 27 (1955)] III-1-2
hoofdwortel pinwortel: WBD / WLD  pinwortel (Reuver) De hoofdwortel van een boom die in het verlengde van de stam ligt en die sterk in de diepte groeit (pen, pin, penwortel). [N 82 (1981)] III-4-3
hoogdag hoge dag: hoege daag (Reuver) Een hoge kerkelijke feestdag [hoogdag, hoogtijd]. [N 96C (1989)] III-3-3