e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Reuver

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kraagpunt kragepunt: krāgǝpønt (Reuver) Het spits toelopende uiterste deel van de legger van de kraag aan de schouderzijden, haaks op de revers. [N 59, 122b] II-7
kraaien, gezegd van de haan kraaien: krɛi̯ǝ (Reuver) [N 19, 49; Vld.; monogr.] I-12
kraakbeen knoers/knors: knoors (Reuver) kraakbeen [noerz, knorzel, knoezelbeen] [N 10a (1961)] III-1-1
kraan kraan: krān (Reuver) kraan III-2-1
kraanvogel korenkraan: kornekraan (Reuver) kraanvogel [SGV (1914)] III-4-1
krabben kratsen: kratse (Reuver), schobben: zich sjoebbe (Reuver), schuren: sjōēre (Reuver) krabben: schuren, krabben tegen jeuk [schobbe] [N 10 (1961)] || krabben: zijn hoofd krabben tegen jeuk [kraowe] [N 10 (1961)] III-1-2
kragenblok persbok: pɛrsbuk (Reuver) Voor het strijken van de kraag gebruikt men het kragenblok. Het kragenblok dient ook voor het inpersen van borststukken, het gladmaken van korte vlakten en het platpersen van kleine naden (Gerritse, pag. 34). De informant van L 417 zegt de kragen op de tafel te strijken. De informant van Q 83 vermeldt dat het heel lang geleden is dat hij een kragenblok heeft zien gebruiken. Er bestaan alleen houten kragenblokken. Zie ook het lemma ɛpersplankɛ.' [N 59, 19e] II-7
krakende schoen kraakschoen: kraaksjoon (Reuver) schoenen die een krakend geluid maken als men er op loopt [kraokschoen] [N 24 (1964)] III-1-3
kralen van de rozenkrans kralen: kralle (Reuver, ... ) De kralen van de rozenkrans [de kralle, krelkes, kraole, kräölkes?]. [N 96B (1989)] III-3-3
kralennaald kraaltjesnaald: krɛlkǝsnǭlt (Reuver) Extra lange naald voor het verwerken van kraaltjes en pailletten. [N 62, 49c] II-7