34551 |
jonge gans |
jonge gans:
joŋ gās (Q158p Riksingen)
|
De benamingen in dit lemma duiden in het algemeen op een jonge gans. In vraag A 6, 5c werd gevraagd naar de dialectbenamingen voor "pasgeboren ganzen". De antwoorden zijn ook in dit lemma opgenomen. Hierdoor komen er onder andere (-)kuiken-opgaven voor. [L 34, 15; JG 1a; A 6, 5c; A 2, 42; monogr.]
I-12
|
20159 |
jongen |
jong:
jong (Q158p Riksingen, ...
Q158p Riksingen),
jóng (Q158p Riksingen),
lange:
làngə (Q158p Riksingen)
|
grote (opgeschoten) jongen [ZND 11 (1925)] || jongen [ZND 11 (1925)] || jongen (knaap) [ZND 01 (1922)] || jongen; een lamme - [ZND 29 (1938)]
III-2-2
|
18702 |
jongensblouse |
bloesje:
blūskə (Q158p Riksingen)
|
jongensblouse, ruime bovenkledingstuk met band of elastiek in de taille [N 23 (1964)]
III-1-3
|
20334 |
jongste kind |
ponnetje:
poneke (Q158p Riksingen)
|
jongste kind; hoe heet het jongste kind van het gezin? [ZND 36 (1941)]
III-2-2
|
33341 |
jongste knecht, manusje van alles |
bijloper:
bē̜ ̞lø̄pǝr (Q158p Riksingen)
|
Hulpje op de boerderij. In dit lemma is alleen datgene opgenomen wat nog niet in de lemma''s "knecht, algemeen" (1.3.12) of "koehoeder" (1.3.14) is behandeld. Vaak echter wordt de koejongen ook voor allerlei kleinere karweitjes op en om de boerderij ingezet. Onder klooier wordt een varkenshoeder verstaan. Een aanspender (afgeleid van ''aanspannen'') is een beginneling, die pas van school komt. Voor de fonetische documentatie van het woord (knecht) zie het lemma "knecht, algemeen" (1.3.12). [N M, 1c; monogr.]
I-6
|
21335 |
jood |
jood:
eene jud, twee judden (Q158p Riksingen, ...
Q158p Riksingen)
|
Een jood, twee joden, [ZND 27 1938)] || Een jood, twee joden. [ZND 27 1938)]
III-3-1, III-3-3
|
23211 |
judas |
judas:
eene judas (Q158p Riksingen)
|
Een Judas (uitspraak van j als in ja? of zj als in Frans Jean?). [ZND 27 (1938)]
III-3-3
|
21336 |
juffrouw |
juffrouw:
joiffro (Q158p Riksingen)
|
juffrouw [ZND 27 (1938)]
III-3-1
|
18707 |
jumper |
golfje:
golfkə (Q158p Riksingen)
|
jumper, damesvest met mouwen en knopen [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18192 |
jurk |
jupe (fr.):
jep (Q158p Riksingen),
kleed:
ee blaa kleed (Q158p Riksingen),
kly(3)̄t (Q158p Riksingen)
|
blauw kleed [ZND 32 (1939)] || jurk, japon, kleed van een vrouw [pon] [N 24 (1964)]
III-1-3
|