e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q117b plaats=Rimburg

Overzicht

Gevonden: 1563
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jong (bn.) jong: ’t kink is nog jongk (Rimburg) jong {‘t kind is nog - } [SGV (1914)] III-2-2
jong van een dier jong: joŋt (Rimburg), mv. jonge  jong (Rimburg), jongt: joŏngt (Rimburg) [R 12, 38; S 16; L 1a-m; L 27, 47a; monogr.]jong (subst.; van een dier) [Roukens 12 (1937)] || jong (ve dier) [SGV (1914)] I-11, III-4-2
jong varken bag: bak (Rimburg), varkentje: vɛrkškǝ (Rimburg) Jong varken in het algemeen. [N 19, 3; N C, add.; L 1a-m; L 3, 2b; L 37, 49a; NE I.12; NE 2.I.9; JG 1a, 1b, 2c; AGV KI; S 3; RND 46 en 84; Vld.; Wi 51; Gwn 5, 12; monogr.] I-12
jonge gans gansje: gōskǝ (Rimburg), jø̄skǝ (Rimburg) De benamingen in dit lemma duiden in het algemeen op een jonge gans. In vraag A 6, 5c werd gevraagd naar de dialectbenamingen voor "pasgeboren ganzen". De antwoorden zijn ook in dit lemma opgenomen. Hierdoor komen er onder andere (-)kuiken-opgaven voor. [L 34, 15; JG 1a; A 6, 5c; A 2, 42; monogr.] I-12
jonge geit jong geitje: joŋ geǝtjǝ (Rimburg) [N 19, 71a; N 77, 75; A 9, 21; JG 1a; monogr.] I-12
jongen jong: jong (Rimburg), joən (Rimburg) jongen [DC 05 (1937)] || jongen (knaap) [SGV (1914)] III-2-2
jongen met wie een meisje verkering heeft mens: mar.: in de betekenis van: de mijne?  Miəns (Rimburg) Hoe noemt men den jongen met wien men verkeering heeft? (Hoe noemt men hem, wanneer men met hem verloofd is?) [DC 05 (1937)] III-2-2
jongen met wie men verloofd is verloofde: verloofde (Rimburg) Hoe noemt men hem, wanneer men met hem verloofd is? (Hoe noemt men den jongen met wien men verkeering heeft?) [DC 05 (1937)] III-2-2
jood jood: Duitsche ü  jütt (Rimburg, ... ) jood [SGV (1914)] III-3-1, III-3-3
judas judas: Judas (Rimburg) Judas [SGV (1914)] III-3-3