e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L329p plaats=Roermond

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
omtrek, omvang omtrek: omtrek (Roermond), ōmtrek (Roermond), òmtrek (Roermond) de hoofdlijn die de grenzen van een figuur uitmaakt en er de vorm van bepaalt [omtrek, omkant] [N 91 (1982)] III-4-4
onbelangrijk beetje: ein bietjə (Roermond), min: min (Roermond, ... ), niet belangrijk: neet belangriek (Roermond), onbelangrijk: onbelangriek (Roermond), van geen belang: van gein bəlang (Roermond), weinig: weinig (Roermond, ... ), weīnig (Roermond) niet veel [luttel, min, schriel, weinig] [N 91 (1982)] || van geen belang, niet belangrijk [ongewicht] [N 91 (1982)] || weinig III-4-4
onbeleefd bot: boet (Roermond, ... ), onbeleefd: onbelaif (Roermond), onbəlééft (Roermond) niet wellevend, handelend in strijd met de beleefdheid [onbeleefd, bot] [N 87 (1981)] III-3-1
onbeschaafd boers: boers (Roermond), lomp: lōmp (Roermond, ... ), lòmp (Roermond) ruw, niet beschaafd [lomp, loer, boers, onbeschoft, nut] [N 87 (1981)] III-3-1
onbeschaamd onbeschaamd: onbesjaamd (Roermond) geen schaamtegevoel hebbend [ekstrant, onbeschaamd] [N 85 (1981)] III-3-1
onbetrouwbare koopman onbetrouwbare, een ~: eine ónbetroewbare koupman (Roermond), sjachelaar: sjacheleer (Roermond), voddelenboer: fóddelebōēr (Roermond), voddelenkramer: fóddelekre:mer (Roermond) Inventarisatie uitdrukkingen voor: scheldwoorden of misprijzende woorden kent uw dialect voor een weinig koopkrachtig en onbetrouwbaar koopman [kremmer, toesser, ruilebuiter, voorsnijer?] [N 21 (1963)] || voddenkoopman III-3-1
onbewolkt helder: hèlder (Roermond), klaar: klaor (Roermond, ... ), klare lucht: klaor loch (Roermond, ... ) onverduisterd in licht, schijn of glans [helder, klaar, licht] [N 91 (1982)] || wolkenloos, zonder wolken, gezegd van de lucht [uitgekeerd, uitgeklaard, klaar] [N 81 (1980)] III-4-4
onbruikbaar maken, verbruien bederven: bederve (Roermond) onbruikbaar maken, zijn waarde doen verliezen [verworden, verdraaien, begaaien, verbruien, bederven, verpeuteren, nonen, verballemonden] [N 91 (1982)] III-4-4
onbruikbare voorraad bocht: boch (Roermond), bog (Roermond), rommel: rooməl (Roermond) allerlei slechte en onbruikbare voorraad [breggel, plodder, bocht, bagage] [N 89 (1982)] III-3-1
onderbak onderbak: oŋǝrbak (Roermond) Onder de kar opgehangen laadvloertje. [N 17, 86] I-13