e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Rosmeer

Overzicht

Gevonden: 2181
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hoge klomp? holleblok: WNT: holleblok, zie holblok.  hoͅle bloͅkə (Rosmeer) klomp met hoge huif, hoge klomp, zonder riem gedragen [N 24 (1964)] III-1-3
hoge rijgschoen bottine: boͅtinə (Rosmeer) rijgschoenen, hoge ~ voor dames [petiens, bottines] [N 24 (1964)] III-1-3
hoge schoen met elastieken tussenstukken brodequin (fr.): [sic]  boͅtəkizə (Rosmeer) schoenen, hoge ~ met elastieken tussenstukken in de schacht [boddekeens] [N 24 (1964)] III-1-3
hoge waterdichte schoen jagerschoen: jeͅgəršy (Rosmeer) schoenen, hoge waterdichte ~ met waterkap [snöwschoen, tongschoen] [N 24 (1964)] III-1-3
hommel hommel: ook in ZND 01, a-m  hommel (Rosmeer) hommel [ZND 27 (1938)] III-4-2
homp, brok, klont kluit: kleet (Rosmeer) kluit [ZND 01 (1922)] III-4-4
hond hond: hoont (Rosmeer, ... ), hōnt (Rosmeer) hond [ZND 01 (1922)], [ZND m], [ZND m] III-2-1
hondenkar hondskar: hǫnskār (Rosmeer) Kleine kar die door een hond getrokken wordt en die voornamelijk gebruikt werd voor het vervoer van allerlei kleine hoeveelheden. [N 17, 15a; JG 1a; N G, 51; monogr] I-13
honderd frank schijf: ps. omgespeld volgens Frings.  šēͅjf (Rosmeer) 100 franc, een ~ (wit metaal) [N 21 (1963)] III-3-1
honing honing: hwøneŋ (Rosmeer), wøneŋ (Rosmeer) Produkt door de bijen uit bloemvocht of nectar bereid en afgezet in de cellen van de raten. Honing is een zoete stof die door mensen als voedingsmiddel wordt gebruikt. [N 63, 43b; N 63, 111; L 1a-m; L 35, 105; S 14; S 38, JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 128; A 9, 8; monogr.] II-6