e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Spalbeek

Overzicht

Gevonden: 1456
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gehemelte hemel: hiemel (Spalbeek) het gehemelte van de mond [ZND 35 (1941)] III-1-1
gehucht gehucht: gehecht (Spalbeek), gehècht (Spalbeek) gehucht [ZND 23 (1937)] III-3-1
geknotte wilg sonk: sink (Spalbeek, ... ) knotwilg [ZND 36 (1941)] || knotwilg (de boom, vooral een wilg, waarvan de takken afgehakt werden en waarop dan dunne twijgen uitschieten. Ze staan vooral langs sloten) [ZND 36 (1941)] III-4-3
gekruld haar krullen: krolle (Spalbeek) hij heeft gekruld haar [ZND 35 (1941)] III-1-1
geld geld: ich ben me gèld kwijt (Spalbeek), gèld = père  ich ben me gèld kwijt (Spalbeek), ps. omgespeld volgens Frings.  gēͅi̯lt (Spalbeek), money (eng.): ps. omgespeld volgens Frings.  moni (Spalbeek), poen: ps. omgespeld volgens Frings.  pyn (Spalbeek) Geld in het algemeen; hierbij ook graag allerlei uitdrukkingen [geld, sens, poen, swis, oorden enz.] [N 21 (1963)] || Ik ben mijn geld kwijt [ZND 29 (1938)] III-3-1
gelijken (op) trekken op: trekken op (Spalbeek) gelijken [ZND 25 (1941)] III-4-4
geloof geloof: hee hèt ’t gleoef verleuren (Spalbeek), héje het ze geloef verleure (Spalbeek) Hij heeft zijn geloof verloren. [ZND 23 (1937)] III-3-3
geloven geloven: gelieven (Spalbeek) Geloven. [ZND 35 (1941)] III-3-3
geluksvogel; altijd geluk hebben geluksvogel: inne gelèksveugel (Spalbeek) Iemand die altijd geluk heeft. [ZND 35 (1941)] III-1-4
gemak gemak: ook ZND 23, 076  gemaak (Spalbeek), gemakjes: ook ZND 23, 076  gemaakskes (Spalbeek), gemakskes (Spalbeek) gemak [ZND 01 (1922)] III-1-4