e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L318b plaats=Tungelroy

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wonderen doen wonderen doen: wónjer doon (Tungelroy) Wonderen doen/verrichten. [N 96D (1989)] III-3-3
wonen houden: hoaje (Tungelroy), huizen: hū.zə (Tungelroy), wonen: woene (Tungelroy), wuənə (Tungelroy) een nestje hebben, gezegd van vogels (nesten, wonen, houden) [N 83 (1981)] || huizen || wonen III-2-1, III-4-1
woonkamer, huiskamer huis: hū.s (Tungelroy), keuken: kø&#x0304.kə (Tungelroy) huiskamer || keuken, of woonkamer waarin gekookt wordt III-2-1
woonwagen woonwagen: wōēnwage (Tungelroy) De woonwagen van kermisklanten [karrakiekast, brak]. [N 90 (1982)] III-3-2
wormbulten angels: aŋǝls (Tungelroy) In de zomer leggen runderhorzels hun eitjes aan de haren van het rund. Na enkele dagen kruipen er larven uit de eitjes. Deze dringen het lichaam binnen langs de haren en het haarzakje, doorboren de huid en groeien langzamerhand uit. In de winter komen ze vooral onder de huid van de rug terecht. Iedere plek waar een larve zit, vormt een bultje, de wormbult. Om te kunnen ademen doorboort de larve de huid van het rund. Dit veroorzaakt wondjes die gemakkelijk ge√Ønfecteerd kunnen raken, waardoor zeer uitgebreide verettering kan ontstaan. Zie ook het lemma ''wormbulten'' in wbd I.3, blz. 478-479. [N 52, 22; N 3A, 83b; A 48A, 35; monogr.] I-11
wormsteek (subst.) wormsteek: wormsteek (Tungelroy) wormstekig ve appel (subst.) [DC 23 (1953)] III-2-3
wormstekig gepeerd: WLD  gepeerdj (Tungelroy), gepierd: WLD  gepeerdj (Tungelroy), gewormd: WLD  gewörmptj (Tungelroy, ... ), gewormsteekt: gewormsteekt (Tungelroy), wormstekig: WLD  woremstaekig (Tungelroy, ... ) Door wormen aangetast, gezegd van fruit (wormstekig, gemaaid, vermaaid, verpielt, meutelig, maaistekig, maaisteek). [N 82 (1981)] || wormstekig ve appel [DC 23 (1953)] I-7, III-2-3
worst worst: worst (Tungelroy) worst III-2-3
worst maken worst(en) maken: wǫrst mākǝ (Tungelroy), wǫrstǝ mākǝ (Tungelroy), worsten: wǫrstǝ (Tungelroy) De kleinere stukken vlees en vet worden met een vleesmolen, een bijltje of een mes tot kleine stukjes gemaakt, Het vlees wordt eventueel gekruid en dan in de schoongemaakte darm geduwd. Vergelijk ook het lemma ''darmen met worstvlees vullen''. [N 28, 120; monogr.] II-1
worstenbroodje worstenbroodje: worstebruudje (Tungelroy), Syst. WBD  worstebreudje (Tungelroy) Worstebroodje (sezijzebreudje?) [N 16 (1962)] III-2-3