34133 |
loeien van de koe in het algemeen |
blaken:
blø̜̄kǝ (P121p Ulbeek)
|
[N 3A, 5a; JG 1a, 1b; Gwn V, 8; Wi 57; monogr.]
I-11
|
31186 |
loodgieter |
loodgieter:
loodgieter (P121p Ulbeek),
pompmaak:
pumpmǭk (P121p Ulbeek)
|
Ambachtsman die vroeger vooral zink en blik bewerkte, loden buizen maakte en herstelde, dakgoten en regenpijpen plaatste en repareerde en, zo blijkt uit de antwoorden van de zegslieden, soms ook waterpompen aanlegde. Tegenwoordig installeert en repareert hij vooral sanitaire installaties en verwarmingstoestellen. Zie ook het lemma "zinkbewerker". Het woord pompenmaker werd in Venray (L 210) en omstreken ook gebruikt als benaming voor een koperslager. Zie ook het lemma "koperslager". [N 64, 161a; L 34, 17a-b; monogr.]
II-11
|
21596 |
loop van een geweer |
loop:
de laup van ə gewee(i)ər (P121p Ulbeek),
de loop van ēēn gewier (P121p Ulbeek),
de loop van n gewēēr (P121p Ulbeek)
|
De loop van een geweer [ZND 30 (1939)]
III-3-1
|
24678 |
loot, nieuw uitgelopen twijgje |
scheut:
scheuət (P121p Ulbeek)
|
loot [ZND 01 (1922)]
III-4-3
|
17817 |
lopen |
lopen:
loope (P121p Ulbeek, ...
P121p Ulbeek),
loopen (P121p Ulbeek),
lő̜u̯pǝ (P121p Ulbeek)
|
lopen [ZND 25 (1937)] || lopen: Hebt ge Klaas zien lopen ? [ZND 44 (1946)] || Uit de gevraagde toelichting en bij vraag N 8, 82 blijkt dat gaan de betekenis van "stappen", "stapvoets gaan" heeft, lopen die van "snel lopen" of "draven". [JG, 1b; N 8, 81a en 82]
I-9, III-1-2
|
19619 |
lucifer |
kretsje:
kretske (P121p Ulbeek, ...
P121p Ulbeek,
P121p Ulbeek,
P121p Ulbeek),
stekje:
stekske (P121p Ulbeek, ...
P121p Ulbeek,
P121p Ulbeek)
|
lucifer [ZND 01 (1922)], [ZND 01 (1922)], [ZND 16 (1934)]
III-2-1
|
18918 |
lui |
lui:
ook materiaal znd 30, 41(hij is ook zo lui)
leu (P121p Ulbeek),
leuj (P121p Ulbeek)
|
lui, traag [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
21346 |
lui (lieden) |
mensen:
rijke minse (P121p Ulbeek),
rijke minsen (P121p Ulbeek)
|
Rijke lieden [ZND 30 (1939)]
III-3-1
|
18878 |
luid schreien |
grijnzen:
ook materiaal znd 28, 53
griensen (P121p Ulbeek),
grinsen (P121p Ulbeek),
keken:
ook materiaal znd 28, 53
keəke (P121p Ulbeek),
kieeken (P121p Ulbeek)
|
luid schreien, krijten [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
23217 |
luiden |
luiden:
de klok leuən (P121p Ulbeek),
de klok luijen (P121p Ulbeek),
de klok luiə (P121p Ulbeek)
|
De klok luiden. [ZND 30 (1939)]
III-3-3
|