e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ulestraten

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
schokken slaan: šlǭn (Ulestraten) Gezegd van een kar of wagen. [N 17, 97] I-13
schokschouderen de schouders ophalen: de sjouwes op hoale (Ulestraten), de schouders trekken: de sjauwers trekke (Ulestraten), schokschouderen: sjoksjouwere (Ulestraten) schokschouderen [SGV (1914)] || schouders ophalen [schokschoere] [N 10 (1961)] III-1-2
schoondochter schoondochter: sjooəndochter (Ulestraten) schoondochter [DC 05 (1937)] III-2-2
schoonmoeder schoonmoeder: sjooənmoder (Ulestraten) schoonmoeder [DC 05 (1937)] III-2-2
schoonouders schoonouders: sjooənawwers (Ulestraten) schoonouders [DC 05 (1937)] III-2-2
schoonvader schoonvader: sjooənvader (Ulestraten) schoonvader [DC 05 (1937)] III-2-2
schoonzoon schoonzoon: sjooənzoon (Ulestraten) schoonzoon [DC 05 (1937)] III-2-2
schoonzuster schoonzuster: sjoizuster (Ulestraten), sjooənzuster (Ulestraten), zwegerse: zwègerse (Ulestraten) schoonzuster [SGV (1914)] || schoonzuster; Bestaan er verschillende woorden voor de zuster van den man of de vrouw, en de vrouw van den broeder? [DC 05 (1937)] III-2-2
schoor schoor: šǫar (Ulestraten), windstijl: wentštīl (Ulestraten) Paal of stijl die ter ondersteuning schuin onder een constructie wordt geplaatst. [N 31, 48b; monogr] || Schuine steunbalk tussen muurstijlen en regels. Zie ook afb. 47. [N 4A, 52c; N 31, 45d] II-9
schoorkruis kruisschoor: krȳsšǭr (Ulestraten) Het Andreaskruis dat ontstaat wanneer twee steigerschoren aan de buitenzijde van de staanders diagonaal over elkaar worden gespijkerd. In Q 121c zei men van deze in kruisvorm geplaatste steigerschoren dat ze 'dobbel geschoord' ('dubǝl jǝšǭrt') waren. [N 32, 2g; monogr.] II-9