e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Urmond

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ontberen missen: missən (Urmond) niet hebben waaraan men grote behoefte heeft, ontberen [derven] [N 89 (1982)] III-3-1
ontbijt koffiedrinken, het -: De landbouwers houden meestal aan genoemde indeling vast. De overige ingezetenen: arbeiders en mijnwerkers regelen natuurlijk hun maaltijden naar hun werkuren  koffie drènken (Urmond), ontbijt  kòffie drénkən (Urmond) maaltijden; Hoe noemt U: Namen voor de verschillende maaltijden, afhankelijk van de tijd van de dag, eventueel van het jaar [N 80 (1980)] || namen en uren van de dagelijkse maaltijden: morgen, soms 2 keer [ZND 18G (1935)] III-2-3
ontginnen breken: brē̜kǝ (Urmond) Het in cultuur brengen van woeste grond. [N 27, 5; N 11a, 112; monogr.] I-8
ontlasting hebben afgaan: aafgaon (Urmond), ene neerdraaien: eine neerdraeje (Urmond), schijten: sjiete (Urmond) ontlasting hebben [afgon, leutere, driete, zijn gevoeg doen] [N 10c (1961)] III-1-1
ontsteking ontsteking: ontstééking (Urmond) Ontsteking: plaatselijke infectie van weefsel, lichaamsdelen, gepaard gaande met roodheid, zwelling en pijn (meuk, mik). [N 84 (1981)] III-1-2
ontvangen beuren: bèùrən (Urmond) in het bezit gesteld worden van bijv. geld [beuren, inbeuren ontvangen] [N 89 (1982)] III-3-1
ontzien ontzien: ontseen (Urmond) iemand zoveel mogelijk sparen [ontzien, vreeuwen, vieren] [N 85 (1981)] III-1-4
onvolgroeide vrucht kraggel: WBD/WLD  kraGəl (Urmond, ... ) Een onvolgroeide vrucht (krots, gast). [N 82 (1981)] || Onvolgroeid, gezegd van een vrucht (vernepen). [N 82 (1981)] I-7
onvruchtbare grond brammerd: bramǝrt (Urmond), dorre duivel: dǫrǝ dȳvǝl (Urmond), slecht land: šlɛx lęnjtj (Urmond) Grond van slechte kwaliteit. De oorzaak kan verschillend zijn. Het gevolg is echter een slecht landbouwproduct. [N 27, 31; N 27, 29; N 11, 2d; N 11, 2f; A 10, 4; N 6, 33a; Vld.; monogr.] I-8
onvruchtbare koe kwee: kwē (Urmond), manse koe: mɛu̯s kō (Urmond) In dit lemma duiden de benamingen niet alleen op een koe die bij de dekking niet is bevrucht maar ook op een rund dat halfslachtig ter wereld is gekomen dat wil zeggen half stier en half koe is. Ook tweeling-runderen zijn vaker onvruchtbaar. [N 3A, 102; N 3A, 103; N 3A, 150h; N 3A, 150i; JG 1a, 1b; A 4, 14; L 20, 14; monogr; add. uit N C] I-11