18823 |
verdriet; verdriet doen |
leed:
leid (Q014p Urmond),
leit (Q014p Urmond, ...
Q014p Urmond),
verdriet:
verdreet (Q014p Urmond),
vərdreet (Q014p Urmond)
|
een treurige stemming, zieleleed, kwelling van het gemoed, verdriet [trubbel, spijt, pijn, lijden, deer, vliem] [N 85 (1981)] || leed [SGV (1914)] || smart [SGV (1914)] || verdriet [SGV (1914)]
III-1-4
|
34155 |
verdrogen |
verzijen:
vǝrzii̯ǝ (Q014p Urmond),
vǝrzii̯ǝn (Q014p Urmond)
|
Minder melk gaan geven wegens drachtigheid. [N 3A, 72a]
I-11
|
21757 |
verduisteren |
achteroverdrukken:
achtəreuvərdrökkən (Q014p Urmond)
|
ontvangen geld stiekem achterhouden [seminariën, taken] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
17936 |
verdwenen |
eweg:
əwèg (Q014p Urmond),
foetsie:
foetsie (Q014p Urmond)
|
Weg, verdwenen: niet meer ter plaatse aanwezig (weg, verdwenen, rits, foetsie). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
17924 |
verfrommelen |
fronselen:
frònsjələn (Q014p Urmond)
|
Frommelen, verfrommelen: kreukels maken in bijv. een zakdoek (frommelen, fommelen, fronselen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
21453 |
vergaderen |
vergaderen:
vərgadərən (Q014p Urmond)
|
ter vergadering bijeengekomen zijn, vergaderen [garen, gaderen] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
24614 |
vergeet-mij-nietje |
vergeet-me-niet:
WBD/WLD
vergéét mich neet (Q014p Urmond)
|
Vergeet-mij-nietje (myosotis palustris 15 tot 50 cm groot. De stengels zijn meestal kantig; de bladeren zijn verspreid; de bloemen zijn vrij groot en hemelsblauw met gele kroonschubben; de kelk heeft korte, aangedrukte haren. Bloeitijd in mei tot septem [N 92 (1982)]
III-4-3
|
19251 |
vergeetachtig |
vergeetachtig:
vərgéétechtich (Q014p Urmond)
|
zwak van geheugen, niet goed kunnende onthouden [vergetelijk, vergeetachtig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19250 |
vergeetachtig persoon |
vergeetklaas:
vərgéétklaos (Q014p Urmond)
|
een vergeetachtig persoon, iemand die telkens dingen vergeet [vergeetmuts, lapschaai] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19597 |
vergiet |
zij:
zie (Q014p Urmond)
|
zeef; inventarisatie soorten en gebruiksmogelijkheden; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)]
III-2-1
|