e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vaals

Overzicht

Gevonden: 2360
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
koolwitje citroenenfalter: tsietroeənəfaltewr (Vaals) koolwitje [DC 18 (1950)] III-4-2
kooppenning maquignonsgeld: [verbastering van Fr. maquignon, 1. paardenkoper, (onbetrouwbare) veekoopman; -2. sjacheraar, koppelaar (?, rk)].  maŋkəljoŋsjeͅlt (Vaals) kooppenning (bij het sluiten van een koop) [ZND B2 (1940sq)] III-3-1
kopen gelden: jeldə (Vaals) kopen (geen context) [DC 37 (1964)] III-3-1
koper poetsen poetsen: putsə (Vaals, ... ), schuren: šūrə (Vaals) metaal met behulp van vloeibare of zachte poetsmiddelen vlekvrij en glanzend maken [DC 15 (1947)] III-2-1
kopjeduikelen een kontelebuits maken: eŋə kŏntələbōtš māxə (Vaals) over de kop buitelen (duikelen, voorover vallen) [ZND B1 (1940sq)] III-3-2
koppelen koppelen: kopelen (Vaals) koppelen; twee personen tot een huwelijk met elkaar brengen [lappen, koppelen] [N 87 (1981)] III-2-2
koppig stierig: sjtierig (Vaals) vasthoudend aan eigen wil of inzicht [koppig, steeg, kop] [N 85 (1981)] III-1-4
koppig zijn stierig: sjtierig (Vaals) koppig zijn, steeds vasthoudend aan eigen wil of inzicht [bokken, koppen] [N 85 (1981)] III-1-4
korst korst: kooəz (Vaals) korst; de harde buitenkant van kaas, brood, een pasteitje noemt men in het Nederlands korst. Gebruikt men dit in uw dialect ook? Zo ja, hoe wordt het uitgesproken? [DC 44 (1969)] III-2-3
kort geknipt haar mekkie: [<fr. maquis?]  mekie (Vaals) overal kort geknipt hoofdhaar [tieters] [N 86 (1981)] III-1-1