e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q101p plaats=Valkenburg

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kluit aarde kluit: klȳt (Valkenburg) [N 27, 36; S 18; R 3, 8; L 28, 8; L 28, 9; L 1a-m; L B2, 290; ALE 257; Vd.; monogr.] I-8
kluizenaar heremiet: Van Dale: heremiet, eremiet (<chr.Lat. (h)eremita < Gr. erèmitès), 1. kluizenaar.  hièremiet (Valkenburg), ənən hèjəremiêt (Valkenburg) Een man die in een eenzame woning afgezonderd leeft van de wereld, kluizenaar [(h)er(r)emiet]. [N 96D (1989)] || Een monnik. [ZND 31 (1939)] III-3-3
kluizenaarswoning heremitage (<fr.): Van Dale (FN): ermitage, 1. afgelegen woning.  hièremitage (Valkenburg), kluis: de kloes (Valkenburg) De woning van zon kluizenaar [kloes]. [N 96D (1989)] III-3-3
kluwen kluwen: kluje (Valkenburg) kluwen [SGV (1914)] III-1-3
knabbelen knabbelen: knatschen (Valkenburg), knauwele (Valkenburg), knauwelen (Valkenburg), knauwelen: knouwele (Valkenburg) knabbelen [knibbele] [N 10 (1961)] III-2-3
knap meisje fris meidje: frisch mèèdske (Valkenburg), knappe tes: id. tas, zak  knappe tesch (Valkenburg) een mooi meisje || mooi, aardig meisje III-1-4
knecht knecht: eine nuje knech (Valkenburg) knecht, een nieuwe ~ [SGV (1914)] III-3-1
knecht, algemeen knecht: knɛx (Valkenburg) [L 1, a-m; S 26; Wi 8; monogr.; add. uit S 6] I-6
kneden botter klatsen: [botter] klatšǝ (Valkenburg), [botter] klɛtšǝ (Valkenburg) De boter kneden om de melk, die zich nog tussen de boterdeeltjes bevindt, eruit te drukken. In sommige gebieden werd de boter tegelijkertijd gewassen. Zie voor de fonetische documentatie van (boter) en (botter) het lemma ''boter'' (12.14) in deze aflevering. [A 28, 7; L 1a-m; L 1u, 114; L 6, 7; L 22, 8; Ge 22, 8 en 69; R 3, 76 en 77; monogr.] I-11
knellen pitsen: pietsje (Valkenburg), pītsje (Valkenburg) knellen [SGV (1914)] || Knellen: stijf drukken zodat daardoor een striem ontstaat (knellen, knijpen, duwen, wringen, klemmen). [N 84 (1981)] III-1-2