e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venlo

Overzicht

Gevonden: 7326
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
buur buur: būūr (Venlo), nabuur: naober (Venlo), naobər (Venlo) iemand die naast ons woont [naober, buur, buurman] [N 90 (1982)] III-3-1
buurman buurman: buurman (Venlo), nabuur: naober (Venlo), naobər (Venlo), (n. buiten).  nabuur (Venlo), noabere (Venlo) buurman [SGV (1914)] || iemand die naast ons woont [naober, buur, buurman] [N 90 (1982)] III-3-1
buurt buurt: buurt (Venlo, ... ), būūrt (Venlo), noaberschap; ten noorden van de stad).  buurt (Venlo) buurt (in de ~) [SGV (1914)] || de gezamenlijke bewoners van een staat [volk, natie, diet] [N 88 (1982)] || het deel van een stad of dorp waarvan de bewoners elkaar goed kennen [buurt, gebuurt, geburen, naoberschap] [N 90 (1982)] III-3-1
buurten buurten: buurte (Venlo), collationeren (<fr.): vgl. Venlo Wb. (pag. 165): klasjenere, n gesprek voeren.  klasjenere (Venlo), klásjəneerə (Venlo), Weijnen 2003 (pag. 180): klasjenere, kletsen (nbrab.) &lt;&lt; fra. collationner, afl. van M.E. Latijn ontleend collatio avondmaaltijd. Men hield namelijk in de kloosters tijdens die maaltijd een uiteenzetting.  klasjenere (Venlo), kletsen: klétsə (Venlo) buurten (wij gaan ~) [SGV (1914)] || de avonden doorbrengen met praten en roken [kortavonden] [N 87 (1981)] || n gesprek voeren III-3-1
caleidoscoop kijkbus: kiekbus (Venlo), kiekbuus (Venlo), kijkdoos: kiekdoees (Venlo), kīkdūs (Venlo), kijker: kieker (Venlo) Een kijker die eenvoudige daarin gelegde kleurige voorwerpjes veelvoudig weerspiegelt en zo regelmatige bij de geringste beweging telkens afwisselende figuren vertoont [caleidoscoop, kijkbus]. [N 88 (1982)] III-3-2
calvarieberg op het kerkhof calvariegroep: calvariegroep (Venlo), kalvariegroep (Venlo) De beeldengroep op het kerkhof, bestaande uit Jezus aan het kruis en aan weerskanten daarvan Maria en Johannes [Calvariegroep, kruisgroep, Calvarieberg?]. [N 96A (1989)] III-3-3
calèche calche (fr.): kaletsj (Venlo), káálésj (Venlo) een licht, vierwielig rijtuig [caleche, kales] [N 90 (1982)] III-3-1
canadapopulier canadas: canadasse (Venlo), WLD  kanadas (Venlo), kànààdàs (Venlo) De canadese populier; kruising tussen de zwarte populier en amerikaanse soort (canada, kana, klaterboom, canadas, canidas, gauwgroot). [N 82 (1981)] III-4-3
canapé, sofa canapè: Verklw. kannepeeke  kannepee (Venlo) canapé, gestoffeerde bank III-2-1
canneleren groeven: grōvǝ (Venlo) Het aanbrengen van verticale gootvormige groeven waartussen ribbels blijven staan. [N 53, 47b] II-12