e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jam aardsbezinjam: erdsbezesjém (Venray), bramenjam: braomesjem (Venray), bròmbaerejem (Venray), jam: sjem (Venray, ... ), miemerenjam: miemeresjem (Venray) aardbeienjam || bessenjam || bramenjam || jam; Hoe noemt U: Gelei van met suiker gekookte, fijngemaakte vruchten, om op de boterham te smeren (jam, confiture) [N 80 (1980)] III-2-3
jammer jammer: et is jaomer (Venray), jammer (Venray), jaomer (Venray), zonde: et is sunt (Venray), sunt (Venray), zund (Venray), ⁄tis zund (Venray) jammer [zund] [N 07 (1961)] III-1-4
janken joekeren: joekere (Venray), Veldeke 1979 nr. 1  joekeren (Venray) Hoe noemt u een klagelijk hoog geluid voortbrengen, maar minder luid dan bij 018c (jonkelen, janken, kajiten, kajankelen, jammen) [N 83 (1981)] || janken ve hond III-2-1
jarig zijn jarig zijn: hej is jörig (Venray), héj is joarig (Venray), jø͂ͅrex zin (Venray, ... ), Daor ziede nog nie jäöreg mit! Var. jörreg.  jäöreg (Venray), Zìj is maerge jörreg.  jörreg (Venray) [Jarig]. || Hij is morgen jarig. [DC 02 (1932)] || Jarig. || Zijn geboortedag herdenken [jarig zijn, bejaren, verjaren]. [N 88 (1982)] III-3-2
jarretelle jarretelle (fr.): jarretels (Venray), žarretels (Venray) jarretels, bandjes aan corset of gordel waaraan de kousen worden vastgeknoopt [N 24 (1964)] III-1-3
jas: algemeen jas: jas (Venray, ... ), jès (Venray) jas [SGV (1914)] || jas in het algemeen [kölder, frak, palleto, rok, pit, kazak] [N 23 (1964)] || jassen (mv.) [SGV (1914)] || Zijn jas is helemaal vaal, op die van mij zitten vale plekken [DC 42B (1967)] III-1-3
jasje van het mantelpak jasje: jèske (Venray) jasje van het mantelpak [N 23 (1964)] III-1-3
jenever foezel: fōēzel (Venray), aardappeljenever  foēzel (Venray), Geft n vulle gennen haver en n kiend genne fo‰zel: behandel een jongere niet direkt als een volwassenen Deen appel is foeës Foeës waer: drukkend droog weer Foeëzen tört Zó foeës as n knölleke: geen sap of vocht meer bevattend Deen appel is foeës Foeës waer: drukkend droog weer Foeëzen tört Zó foeës as n knölleke: geen sap of vocht meer bevatten  foēzel (Venray), jenever: snevel (Venray), klare: klaore (Venray), oude: Ik heb liever ennen âlde as enne jònge  âlde (Venray), praatwater: praotwater (Venray), schnaps (du.): snáps (Venray), spraakwater: Spraokwater iengenome hebbe: (iets) teveel gedronken hebben  spraokwater (Venray), wacholderwater: wáchelewater (Venray), wauwelwater: wáwwelwater (Venray), zauwelwater: sáwwelwater (Venray) eigen gestiikte jenever van slechte kwaliteit || jenever || jenever; Hoe noemt U: Sterk alcoholische drank bereid uit moutwijn waaraan bij de distillatie jeneverbessen zijn toegevoegd, die er het aroma aan verlenen (snevel, babbelwater, jandoedel, knevelwas, kwak, sjenevel, jenever, klare, snaps) [N 80 (1980)] || oude jenever || sterke drank || sterke drank, jenever III-2-3
jeneverbes jeneverbes: -  jenerbes (Venray), wachelbeer: wachelbèr (Venray), wáchelbaer (Venray), wachelenkral: waggelekral (Venray), wachelenstruik: wáchelestroek (Venray), -  wachelen stroek (Venray) jeneverbes (Juiniperus communis L.) [Roukens 03 (1937)] || jeneverbes (Juniperus communis L.), de struik [DC 30 (1958)] || jeneverbes (Juniperus communis L.), de vrucht [DC 30 (1958)] III-4-3
jeugd, jongelieden jeugd: jeug(d) (Venray), jongelui: jòngeluuj (Venray), jòngluuj (Venray) jeugd || jonge mensen || jongelui III-2-2