e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vijlen

Overzicht

Gevonden: 2749
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
haas haas: haas (Vijlen, ... ), hazen (mv.): ha-ze (Vijlen) haas [DC 07 (1939)], [SGV (1914)] || Haas, zonder onderscheid van geslacht [N 94 (1983)] || hazen [SGV (1914)] III-4-2
haast hebben jagen: jage (Vijlen) vol ongeduld of blijk gevend van zijn ongeduld [haastig, hacht, drij] [N 85 (1981)] III-1-4
haastig gejaagd: gejaagd (Vijlen), ijlig: ie-lig (Vijlen) door haast gedreven zijn, uit gejaagdheid zich haasten [jachten, jakken] [N 85 (1981)] || haastig [SGV (1914)] III-1-4
hagedis hagedis: hagedis (Vijlen, ... ), muurhagedis: moerhagedis (Vijlen) (muur)hagedis [SGV (1914)] || hagedis [DC 07 (1939)] III-4-2
hagelbui hagelschuil: hagelsjoel (Vijlen) hagelbui [DC 16 (1948)] III-4-4
hagelen hagelen: hagele (Vijlen, ... ) hagelen [DC 53A (1978)], [SGV (1914)] III-4-4
hagelsteen, hagelkorrel hagelsteen: hagesjtee (Vijlen) hagelsteen [SGV (1914)] III-4-4
hagelx hagel: hagel (Vijlen) hagel [SGV (1914)] III-4-4
haken en ogen krammen en ogen: krɛm ɛn oagǝ (Vijlen) Kleine metalen haakjes en ringetjes die, langs de zomen van kledingstukken genaaid, dienen om deze te sluiten. [N 62, 51; L 1a-m; L 24, 40b; L 49, 25; MW; S 11] II-7
hakmes heep: hie-ep (Vijlen) heep (bijl) [SGV (1914)] III-2-1